Test: Suzuki B-King
Pagina 3
En hoe rijdt dat dan?
Als een lammetje, zo mak, én als een beest. De kale dikkerd is zeer makkelijk te rijden, lichtvoetig en direct, bijna als een 600 zeg maar. Totdat, je het gas open draait! Wát een brute, maar heel lineaire, power. Het vermogen komt er heel rustig en soepel in, maar naarmate het toerental stijgt en de 7.000 grens passert lijkt het of alle vulkaanuitbarstingen samenkomen in de verbrandingskamers van deze B-King. Nog niet eerder met een motor gereden die zó aan je armen sleurt. Dat komt natuurlijk mede door de zitpositie waardoor je jezelf niet zo schrap kunt zetten als bijvoorbeeld bij een supersport. Zelfs met je achterwerk tegen het opstaande randje van het duozitje lukt het maar matig om alles volledig normaal te laten verlopen. Koppelen bij het opschakelen? Forget it! Je hebt je knuisten nodig om het, fraai gekleurde stuurtje dat in een stel even fraaie risers zit geklemd, vast te houden. Vol accelererend door de soepel schakelende zesversnellingsbak kom ik tot 269km/u (De B-King is begrenst op 250km/u, dus dat zal aardig kloppen). In welke versnelling?
Volgens mij was het in z’n vijf, maar toen vond ik het wel mooi geweest. Imponerend, dat is het, maar nooit benauwend of piekerig. Het gaat allemaal heel vloeiend en het blijft maar gaan, gaan, gaan. Dit gaat trouwens niet gepaart met een enorme huil uit de stylistische uitlaatpartij en ook de inlaatbox hoor je nauwelijks, en eerlijk gezegd ontneemt dat wel wat beleving. De koplamp (met Darth Vader trekjes) geeft hierbij tot aan 160km/u best nog wat bescherming, en dat is mooi meegenomen want dat verwacht je niet van zo iets minimalistisch. Eigenlijk heb je bijna niet in de gaten met een 'kale' motor onderweg te zijn.
Ooit wel eens gehoord, of gelezen, dat de ogen van MotoGP coureurs na de winterperiode moeten wennen aan de, zeer hoge, snelheid? Dat is een beetje waar je jezelf op moet voorbereiden als je gaat rijden met de B-King. Het gaat allemaal zó snel, daar moet je echt aan wennen. Het landschap schiet aan je voorbij en voor je het weet wordt die mooie provinciale weg gereduceerd tot fietspad. Dat is in rechte lijn, maar ook van bochtenwerk is de B-King niet vies. Zoals gezegd stuurt deze B-King heel fijn en precies, ook bijvoorbeeld in de stad, waar je soms gedwongen bent tot stapvoets rijden, slalommen, remmen en andere rare fratsen om je door de 'city jungle' te werken. Je hebt bijna geen last van het eigen gewicht van 235 kg.
Buiten de stad, of bebouwde kom, kun je je echt uitleven met de King en vooral het enorme vermogen, maar toch zeker ook de soepele vermogensafgifte, maken dat je je nooit zult vervelen. Rijdend op een leuke landweg of dijk, langzamere verkeersdeelnemer voor je en een draai aan het gashandel maken het tot een stip in je spiegel. Nog nooit was je die tractor zó snel voorbij. In snel opeenvolgende bochten merk je wel enigszins dat je met een grote jongen onderweg bent maar hé, je wilt toch stoer zijn? Doe er dan wat voor! Van de niet instelbare stuurdemper merk je niets in langzame bochten en verder hebben wij ook geen last gehad van tankslappers, dus die doet zijn werk goed zou ik zeggen. Wat je wel merkt, maar dan rijdt je al in race-modus, is dat bij knoerthard remmen, met de radiaal gemonteerde vierzuiger Nissin klauwen die aangrijpen op 310mm schijven (geen wave-type en zónder ABS, dat komt pas volgend jaar..?), het geheel wat beweegt en de B-King van zijn anders zo strakke rechte lijn wil. Niets om je ongerust over te maken, het aluminium frame en de 43mm UPSD Kayaba voorvork kunnen het prima aan en het heeft ongetwijfeld te maken met zijn gewicht.
Rijden met de B-King indrukwekkend? Zie hier de resultaten na 10 minuten, een half uur en een halve dag knallen met de fiets...