Zoeken

Freaks goes rondtrip Schotland

Loch Ness

30 oktober 2019

Niet veel later rijden we dan ook Fort William binnen, een typisch klein havenstadje met een centrum met net genoeg horeca en winkels voor een middagje wandelen. Je zit hier vlak bij Schotlands hoogste berg Ben Nevis, dus als je zou willen afwisselen kun je hier ook heel prima heel fanatiek wandelen. Dat bewaren we maar voor een andere keer, we zijn toe aan een pint en een hap en duiken een mooie Pub in. Er zijn meer restaurants die er stuk voor stuk goed uit zien, maar we treffen net de drukste tijd en hebben geen zin in wachten.
Wat? Jullie willen in de zómer naar Schotland? Ben je niet wijs of zo?

...net als je dacht dat het niet gekker kon. Waren dit nou aardmannetjes of kabouters?

Laten we zeggen 'soms zit 't mee, soms heb je ineens veel behoefte aan een snorkel'
Bovendien is een Pubmaaltijd minstens zo traditioneel als het bier en dus combineren we dat graag. Het dorp raden we aan, het hotel alleen iets minder. Bij navraag wordt ons verzekerd dat de loeiende airco op de gang na acht uur ’s avonds wordt uitgezet ten behoeve van de nachtrust, de slijtplekken in het tapijt zijn netjes gerepareerd met ductape en het ruikt zoals bij mijn grootouders. Dat laatste blijkt logisch als niet veel later een bus met grootouders uit eigen land hier z’n kamp optrekt voor de nacht. Maar wat hebben we in de hotelbar nog gezellig zitten Rummikuppen en karaoke gezongen…

Wat we wél aardig vonden is het gesprek dat we de volgende morgen met de chauffeur hadden: zijn route voerde die dag richting het Isle of Skye, wat volgens hem de allermooiste plek van Schotland zou moeten zijn. Komt goed uit, die kant gaan wij ook op. Dus heel snel uitgezocht welke plaats we absoluut niet mochten missen en vervolgens de bagage ingepakt en opgeladen. Het plan is via de noordkust uiteindelijk naar Loch Ness te rijden, naar het plaatsje Drumnadrochit. Hier bevinden zich een bezoekerscentrum, museum, tentoonstelling en eigenlijk alles wat met de bekende legende van het meer te maken heeft. En pal daarnaast ons volgende hotel. Dat plan wordt alleen licht in de kiem gesmoord als de weergoden besluiten de hemelsluizen zó ver open te zetten dat doorrijden echt geen pretje meer is. Gelukkig kunnen we de rit inkorten en zijn we dus als alternatief een aantal uur vroeger op onze bestemming dan bedoeld. Voordeel daarvan is wel dat we nu tijd hebben voor andere zaken:
Ness. Dus. De enige echte. Weinig fantasie nodig om hier monsters bij te zien

Soms trekken de wolken nét genoeg op om een weids uitzicht te tonen... en dan weer te verstoppen voor je je camera hebt gepakt

De restanten van de laatste snelheidsrecordspoging. Tikje griezelig. En Urqhart Castle, ook.
de toerist uithangen. En dat komt goed uit, want er is genoeg te doen hier. En dan kunnen we ook eens uit eigen ervaring vertellen hoe het is, in plaats van een simpele tip over wat er te doen is en snel weer door te rijden. Dat zou in dit geval ook echt zonde zijn. Maar eerst nog even dit: het hotel waar we overnachten is mogelijk één van de allerschattigste in de regio. Alles klopt, van het personeel (of de eigenaars), tot de houten afwerking binnen, de koperen bel bij de receptie, de zitkamer met haard en bibliotheek, tot het ruitjespatroon wat werkelijk overal terugkeert, tot de vloerbedekking aan toe. Want zoals het hoort heeft ook de bar gewoon vloerbedekking. En lokale gerechten, dus we kunnen nauwelijks wachten totdat we hier ’s avonds aan kunnen schuiven.

Maar eerst zullen we eens een kijkje nemen bij de buren. Het Loch Ness Center…. Klinkt op zich al spannend genoeg. Met alle mysterie en mooie verhalen moét je hier haast wel een keer gaan kijken, gewoon omdat het een mooi opgezette tentoonstelling is: verdeeld over meerdere ruimtes wordt verteld hoe de verhalen zijn ontstaan, welke wetenschappelijke bewijzen er voor de verschillende theorieën zijn en wat er nu eigenlijk écht bekend is. Samen met de weersomstandigheden en de rondvaart die we naderhand nog nemen, komt het verhaal wel een stuk meer tot leven. Laat je een klein beetje onderdompelen in de sfeer en je kunt je goed voorstellen hoe het is begonnen. Wat ons nog het meest verbaast is hoe enorm het meer eigenlijk is: het is zó diep dat de Noordzee er bij verbleekt. Zelfs als je het hoogteverschil wegstreept is Ness nog steeds vele malen dieper dan de bodem van het Kanaal. En zo kom je na enige tijd weer aan de andere zijde het bezoekcentrum uit, waar we zoals gezegd direct een kort boottochtje boeken. En alsof het niet beter kan, steekt de schipper zijn verhaal in vloeiend Sean-Connery-Schots af. Prachtig. Tegelijkertijd trekt de hemel een heel klein beetje open en krijgt de zon wat meer kans. Zo varen we langs Urqhart Castle en één van de resterende markeerpalen Zeg nou zelf, hoe pittoresk wil je het hebben? Verzameling flessen achter de bar is overwegend 'Scotch', overigens. Uiteraard.die John Cobb in 1952 gebruikte bij zijn poging het snelheidsrecord op het water te breken. Dat is hem ook gelukt, maar het kostte hem wel zijn leven. Nooit bij stilgestaan dat dat ook hier plaatsgevonden heeft, maar de markeerpaal maakt het ineens eng levendig. Een soort sinister monument en het doet me vreemd genoeg ook weer denken aan Lord of the Rings.

Eenmaal terug aan wal keren we terug naar het hotel, waar de alleraardigste eigenaresse inmiddels onze kleding weer uit de wasdroger heeft gehaald. Die avond genieten we in het restaurant van echte Schotse gerechten, waarna we aan de bar aanschuiven voor tekst, uitleg en vanzelfsprekend proeven van het enorme aanbod Whisky. Een flinke aanrader en zeker weten dat we hier terugkomen, Schotland heeft inmiddels al wel een plekje in ons hart veroverd.