Zoeken

Naked test Gladius, ER-6n, MT-03 Kando: twee tegen één

8: Mening van...

19 mei 2009
Inhoudsopgave
Naked test Gladius, ER-6n, MT-03 Kando: twee tegen één
2: Suzuki Gladius
3: Kawasaki ER-6n
4: Yamaha MT-03
5: Bloot fietsen anno 2009
6: Ontspanning...
7: ...versus Kando
8: Mening van...
8: Conclusie
9: Technische gegevens

Mening van...

Als er drie motoren tegelijk worden getest en er onderweg volop gewisselt wordt, ontstaan er ook verschillende meningen over de motorfietsen. Oftewel... wij laten Edwin en Thomas aan het woord.

Edwin LoosKawasaki ER-6n
Toen onze hoofdredacteur belde met de vraag ‘Past de MT-03 in een test met de Gladius en ER-6n?’ dacht ik gelijk waarom ook niet. Oké… het is een ééncilinder tegen 2 tweecilinders, maar net zo naakt. Wel kwam gelijk de gedachte – zeker omdat ik behalve de ER-6n al ervaring had op deze motoren – dat de MT-03 waarschijnlijker meer fun zou brengen in de Eifel, waar we met deze motoren zouden gaan rijden. Maar ja… zowel de ER-6n als de Gladius hebben hetzelfde doel. Het brengen van rijplezier gecombineerd met design. Toch was het meer twee tegen één dan ik van tevoren voor ogen had.

Op de snelweg is het duidelijk dat de MT-03 prijs moet geven op het tweespan. Zoals te verwachten is de windbescherming minder en de topsnelheid lager. Maar super erg is dat niet. Dat wordt wel goedgemaakt door de ‘funfactor’ op de MT-03 als je eenmaal de snelweg verlaat. De zit en zithouding wakkeren het beest in je los op de Yamaha en het ééncilinderblok – als je van die karakteristiek houdt en ook weet hoe je het moet berijden – bevrijdt datzelfde beest. Het kan niet bochtig genoeg zijn! En dat de MT-03 het dan máár met 48 beesten moet doen – tegenover de 70+ van de andere twee – is dan ook verwaarloosbaar. Daarnaast heeft de MT-03 naar mijn gevoel ook de fijnste remmen, vering en het meeste comfort…op de snelweg na dan. Smaak is persoonlijk, maar zeker in de Kando-uitvoering – waar wij mee reden – ziet de MT-03 er ook nog eens het beste uit. En gas dichtdraaien wordt ook nog eens leuk om het de ploffen uit de uitlaat te horen. Het gehele plaatje van uiterlijk en prestaties bij elkaar opgeteld vormen gewoon één geheel. Voor mij was het dus niet uiteindelijk twee tegen één, maar één tegen twee. Waarbij de één dus ook echt op 1 kwam.

Goede tweede is voor mij de ER-6n. Goede remmen – zeker in combinatie met het ABS -, fijn karakter en goede stuur- en rijeigenschappen. De houding is redelijk sportief, mede door het smalle stuur – waar ik minder moeite mee heb dan mijn medereizigers - en net zoals bij de MT-03 wil je graag de bocht door. De Kawasaki blijft stabiel en neutraal in de bochten. Ten opzichte van de Gladius rij je veel actiever, wat tot uiting komt dat je vaker aan het schakelen bent. Zolang je niet op de andere twee motoren rijdt, valt het niet op dat het schakelen op de Kawasaki ‘stroef’ gaat. Over het algemeen wel doeltreffend, maar op de Gladius en MT-03 gaat het duidelijk gemakkelijker af. Een lange rit maken op de andere twee gaat tevens beter. Op de ER-6n heeft je kont het na een paar uur wel gezien, terwijl jezelf nog verder wil.

Ondanks dat het design van de Gladius er fris en goed uitziet, spreekt het in dit gezelschap mij het minst aan. Het toch wel wat nerveuze karakter in de bochten – zeker omdat het asfalt niet altijd even glad was als op Fuerteventura – en de geringe grondspeling door de lange slijtbouten, doe je het allemaal wat rustiger aan… ieder geval voor je gevoel. De motorprestaties van de ER-6n en Gladius zijn vergelijkbaar, maar op de Gladius rij je veel ‘relaxter’ wat vooral in uiting komt in het minder schakelen. Van de drie is de vering op de Gladius het minst berekend op oneffenheden of een vlottere rijstijl. Afhankelijk wat de insteek van het rijden is, maar in dit geval net even achter de ER-6n geëindigd.

Thomas Reedijk

thumb_nakedtest_24.jpg Het leukste van motorrijden is voor mij, naast het opzoeken van het avontuur, het leerproces dat je doormaakt elke keer als je op de motor stapt voor een flinke toertocht of circuitdag. Tijdens een weekendje Duitsland flink wat kilomters onder je door laten rollen zorgt bij mij steeds weer voor vernieuwde inzichten in rijtechnieken wat het motorrijden iedere keer nog verslavender maakt. Het door ons geteste drietal sloot naadloos aan op deze motorbeleving. Want hoewel het hier 3 fietsen uit hetzelfde segment betreft is het verbazingwekkend hoe elk van de drie motoren vraagt om een eigen rijtechniek.

Het zal inmiddels duidelijk zijn dat het rijden op de MT-03 de meeste verschillen in rijervaring oplevert vergeleken met de Suzuki en de Kawasaki. Het hoge stuur van de Yamaha en de actieve zitpositie vraagt bijna als natuurlijk om een rijtechniek die nog het best te vergelijke is met motorcross of supermotard technieken, dat betekend dus veel tegensturen en de motor met het stuur echt onder je vandaan drukken in de bocht. Met flinke hellingshoeken kan je genieten van het instant vermogen van de ééncilinder wat onderin de toeren het meest aanspreekt.

Hoe anders is dit op de Kawasaki. De staande parallel Twin heeft een wat rauwere motorloop en het vermogen komt er later dan bij zijn 2 concurrenten in, zo rond de 5000 tpm. Het smalle stuurtje wat zich voor mijn gevoel ter hoogte van je navel bevind biedt minder hefboomeffekt wat er voor zorgt dat je meer met je gewicht moet sturen. De ruime en sportieve zit van de ER-6n biedt hier voldoende plek voor en ook weer voor deze motor geldt dat dit de rijstijl is die het meest natuurlijk aanvoelt.

De Suzuki biedt tussen dit gezelschap een meer middle of the road ervaring. De zit is niet sportief, eerder lekker ontspannen. Het brede en naar mijn mening fijnste stuur van de drie zorgt er echter wel voor dat je voldoende controle hebt over het stuurgedrag van de Gladius. Het soepele, maar krachtig aanvoelende blok is, helemaal voor een V-Twin, erg soepel. Nog onder de 2000 toeren pakt het blok zonder te protesteren op en al rond de 4000 tpm is het meeste vermogen voorhande, wat zo blijft tot in het rode gebied. De Gladius is dus vooral erg ontspannen te rijden, wat mede wordt benadrukt door de soepele vering. Iets waar ik minder moeite mee had dan mijn collega’s, want ondanks de onrust op wat hogeren snelheden blijft de Suzuki zijn lijn volgen.