Test: Harley-Davidson Sportster S
De Ultieme Sportster
We hebben d’r blijkbaar wat mee, wij Europeanen, met de Sportster. Volgens Harley-Davidson is de fiets decennialang de keuze geweest in onze steden, dorpen en open wegen. Cool, fun en begerenswaardig, maar ook zeer toegankelijk. De Forty Eight is volgens Harley drie jaar op rij het 10e best verkochte model geweest en sinds 2000 heeft de Sportster een aandeel van tussen de 27% en 40% van Harleys totaalverkoop in Europa gehad. In Spanje, Portugal en Italië is de Sportster Zeg nou zelf, is dit een cool fietske, of is dit een cool fietske?goed voor 37% van de totale mix in 2020 geweest. In 2008 ervaarden we die populariteit aan den lijve toen per XL883 en XL1200 Sportster het WK Superbike werd aangedaan en de twee op weg naar het TT-circuit alle aandacht naar zich toe wisten te trekken. Méér dan welke speciale supersport dan ook.
“De transitie naar Euro 5 bood ons een kans om even op de pauzeknop te drukken, afscheid te nemen van het verleden en een nieuwe lijn Sportsters uit te ontwikkelen die datgene zou bieden waar de loyale fans al jaren naar hadden gevraagd”, aldus Harley-Davidson tijdens de presentatie van de nieuwe Sportster S in Zeche Zollverein, de voormalige steenkoolmijn in Essen die tot enorm openluchtmuseum is omgebouwd en sindsdien is opgenomen in de Unesco werelderfgoedlijst.
“Dit is hét full performance pakket… dikke banden, Brembo remmen, kenmerkende verlichting, neusje van de zalm infotainment, een 3,1 gallon benzinetank en originele styling rond het blok gemonteerd”, vat Harley-Davidson de Sportster S samen. “We zijn marktleiders, geen marktvolgers in dit segment en hebben geen compromissen gemaakt bij dit model. Loyale fans zullen van de styling, de afmetingen en het gevoel dat de motor geeft houden, maar versteld staan van z’n power en performance. We hebben de sport terug naar de Sportster gebracht.”
Tekst: Ed Smits
Fotografie: Harley-Davidson
Eigen koers
“We hebben de sport terug naar de Sportster gebracht.” Een pakkende kreet die zeker in het geval van de Sportster S van toepassing is, maar als ik het Harley tijdens de presentatie hoor zeggen zet ik daar toch m’n vraagtekens bij. Zeker als in diezelfde adem wordt gesteld dat de Sportster S wat power-to-weight ratio betreft zich kan meten met de Diavel, die als concurrent wordt genoemd. Dat Harley de Sportster S als concurrent van de Diavel ziet snap ik wel, maar zich ermee kunnen meten? Serieus, denkt Harley "Reken maar op nu nog zo'n week of 6", zei de traumachirurg over m'n gebroken sleutelbeen. Dat was 3 weken geledennou echt met een 121 pk (@ 7.500 tpm) 1.252cc V-twin het op te kunnen nemen tegen de 1.262cc V-twin van de Diavel die er 159 pk bij 9.500 tpm uitspuugt en ook wat koppel betreft (129 Nm @ 7.500 tpm vs. 127 Nm @ 6.000 tpm) de Sportster S achter zich laat?
Ondanks m’n scepsis zegt iets in m’n achterhoofd echter dat dit toch wel eens geen blufpoker zou kunnen zijn. De Revolution Max 1250T heeft weliswaar 30 pk minder topvermogen dan de Revolution Max 1250 (zonder T) die z’n debuut in de Pan America heeft gemaakt, maar daar staat tegenover dat volgens Harley in het gebied tussen de 3 en 6 duizend toeren per minuut dit blok 10% meer koppel tot z’n beschikking heeft. En die Pan America, had die tijdens z’n presentatie in het Duitse Westerwald geen onuitwisbare indruk op me gemaakt? Omdat die trip meer weg had gehad van een kwalificatie voor de Isle of Man TT (in dat geval dan de Westerwald TT) dan een perspresentatie? Een Superbike op hoge poten, was de aantekening die ik toen had gemaakt. Daar nog eens 10% koppel bij opgeteld maakt dat ik me nu al verheug op de testrit die Harley voor ons heeft uitgezet.
Dat zo meteen, eerst maar eens kijken wat voor vlees er in de kuip ligt. Harley-Davidson mag zich ten doel hebben gesteld dat de nieuwe Sportster S zich zou moeten kunnen meten met de Ducati Diavel, maar heeft wel duidelijk een eigen koers gevaren. Qua silhouet en air mogen de overeenkomsten evident zijn, maar in detail zijn de verschillen juist enorm. Zo is de hoge 160/70 17” voorband van de Bobber-cultuur overgenomen, terwijl de achterkant met dubbele boven elkaar geplaatste hoge einddempers weer door de Flattrack racer lijkt is geïnspireerd. Harley claimt een rijklaargewicht van 228 kilo, wat maar liefst 32 kilo lichter is dan de oude Sportster en 16 kilo lichter dan de Diavel,
De Sportster heeft een unieke, maar toch herkenbare smoel gekregen. TFT display is overzichtelijk en kan ook als navigatie dienen
Geen touchscreen, maar de knopjes op het stuur wijzen zich vanzelf. Links alle menu dingen en cruise control, rechts alles voor wat betreft geluid en de rijmodi
De zit is heerlijk laag en het korte spatbord oogt supercool, maar je wilt er waarschijnlijk niet mee in de regen rijden
wat onder andere is gerealiseerd door V-twin als dragend deel in de constructie op te nemen. De sprong (zeg maar ‘a giant leap’) die de power-to-weight ratio heeft gemaakt op z’n zachtst gezegd indrukwekkend te noemen, van 0,26 pk/kg naar 0,53 pk/kg. Dat is weliswaar minder dan de 0,65 pk/kg die de Diavel eruit spuugt, maar met het koppel als uitgangspunt zijn de rollen omgekeerd: 0,56 Nm/kg voor de Sportster S versus 0,53 Nm/kg voor de Diavel. Voor alle details verwijzen we naar dit artikel waar we de Sportster S nader hebben bekeken.
Twee kanten
Qua design is de Sportster S in onze ogen helemaal Da Bomba, hoewel het wel ervan afhangt van welke kant je de fiets bekijkt. Iets wat ze bij Harley zelf waarschijnlijk ook wel hebben gemerkt, getuige het feit dat in de presentatie alleen maar foto’s van de rechterkant zijn verwerkt. Dit is overduidelijk de fotokant, met de 1250 V-twin, de platte tank, de afwezigheid van een tweede remschijf in het voorwiel en het hoge uitlaatsysteem als echte blikvangers. Het enige dat in onze ogen netter had gekund is de bekabeling en remleiding die langs de onderste buis van de achterbrug is gelegd en erg rommelig oogt, in de buis was wat dat aangaat een stuk netter geweest, dan had de achterkant net zo strak als de voorkant geoogd.
De linkerkant is daarentegen een ander verhaal. Het blok valt veel minder op, wat deels veroorzaakt wordt door de dubbele bobines, die achter een plastic kap zijn geplaatst. Een stalen (of aluminium) exemplaar met daarin bijvoorbeeld een fraai H-D logo verwerkt zou waarschijnlijk al een aanzienlijke verbetering zijn, maar we denken dat daar de komende tijd door de aftermarket wel op zal worden ingespeeld. Het
Eén kant heeft duidelijk meer aandacht gekregen. Moeten we nog uitleggen welke kant?
tweede waar we onze vraagtekens bij zetten is het extreem korte kontje dat in combinatie met de supervlakke tank de Sportster S weliswaar een waanzinnig coole uitstraling geeft, maar wat in de regen zal resulteren in een fraai bruin spoor aan de achterkant van je jack. Wat de volgende dag inderdaad blijkt als in de ochtend aan de schaduwkant het wegdek soms nog nat is van de hevige regenbui de avond ervoor.
Vanuit het zadel heb je zicht op een prachtig rond 5” TFT kleurenscherm, waar in een oogopslag alle belangrijke informatie uit af te lezen is. Net als de Pan Am heeft ook deze Sportster S Bluetooth connectiviteit, waardoor je de motor aan de H-D app kunt koppelen, wat je de mogelijkheid geeft om het display als navigatie te gebruiken. Nu is dat navigeren op dit moment nog beperkt tot rijden van A naar B (eventueel met tussenpunten), maar het zal slechts een kwestie van tijd zijn voordat de optie ‘kronkelroutes’ is toegevoegd – daar zijn we wel van overtuigd. In tegenstelling tot de Pan Am is het display geen touchscreen, maar moet de bediening via de knopjes op het stuur worden gedaan. De belangrijkste knop zit rechts op het stuur, die van rijmodus die tijdens het rijden eenvoudig kan worden geswitcht, maar daarover straks meer.
“Vorm boven functie”, is de eerste aantekening die ik maak, wat tegelijkertijd z’n sterke én zwakke punt is. Sterk, omdat niets erger is dan een zoutloos compromis, en zwak, omdat je wel z’n nadelen zult moeten accepteren. Nadelen als dat korte kontje, maar ook Dit wegdek hadden we de hele dag moeten hebben. Had mij een Diclofenac gescheeldde kleine benzinetank. Oogt zoals gezegd echt super cool, maar heeft slechts 3,1 gallon benzine inhoud – 11,4 liter volgens Texas Instruments. Bij een geclaimd verbruik van 4,8 liter op 100 km (1 op 20,8) zou je in theorie 235 kilometer ver moeten kunnen komen, maar we hebben zo het idee dat je in de praktijk zo rond de 175 kilometer al naarstig naar een tankstation op zoek zult gaan.
Nu zien we de hardcore Sportster fans al de wenkbrauwen fronsen. “Nou en? Als dat het enige is wat je te zeiken hebt, dan snap je d’r gewoon geen ene reet van. Schoonheid heeft z’n tol, in de regen word je sowieso nat en of je dan nat of vies nat bent maakt geen ene reet uit, en wie langer dan 150 kilometer aan een stuk wil rijden moet maar een GS kopen. Oh nee, een Pan America natuurlijk…”
Forward Control
Na hevige regenval ’s avonds tijdens en na de presentatie blijken de weergoden ons de volgende ochtend goed gezind. De zon staat vroeg in de ochtend al hoog aan de hemel in een stralend blauwe lucht en de smartwatch geeft aan dat het nu al bijna 16 graden buitentemperatuur is, wat in de loop van de dag tot dik boven de 20 graden belooft op te lopen. Harley heeft voor ons een route van pak ‘m beet 150 kilometer in het landelijke gebied ten zuiden van het Ruhrgebied uitgezet, maar om daar te komen zal wel
Als we dan toch moeten azijnplassen, kabels in het buisframe was nog mooier geweest. Instelbare voorvork, maar die is standaard wel prima. In tegenstelling tot de achtershock, die slechts 51 mm veerweg heeft en dus knetterhard is afgesteld
Een enkele schijf, maar wel alles uit huize Brembo. Voor wat wij deden meer dan genoeg
Nog zo'n mooi staaltje van vorm boven functie. Tank oogt supervet, maar kan slechts 11,35 liter ineerst het Ruhrgebied moeten worden doorkruist, wat met meer dan 10 man in een groep best een pittige opgave is. Zo pittig dat ik al snel de Sportster S begin te vervloeken. De kwaliteit van het wegdek is midden in de stad van bedenkelijke kwaliteit, waardoor we al snel met z’n grootste beperking worden geconfronteerd: de belachelijk korte veerweg van slechts 51 mm aan de achterkant. De achterkant is om die reden zó ontzettend stug dat het meer naar een hardtail dan een softail neigt.
Daar staat tegenover dat de slip-assist koppeling vederlicht aanvoelt, waardoor het sluipen van stoplicht naar stoplicht geen enkel probleem is. Het blok is onderin gezegend met een heerlijke souplesse, waardoor je niet veel hoeft te schakelen, maar met de stroom meerijdend blijkt een constante snelheid van zeg 30-40 km/u een stuk lastiger te zijn, bij die snelheid loopt het blok niet mooi rond. De te stugge achterkant en minder mooie loop bij lage snelheid valt echter in het niet bij wat het grootste irritatiepunt blijkt te zijn: de enorme warmte die het hoge uitlaatsysteem produceert en waar je rechterbeen echt niet vrolijk van wordt.
Als naar schatting na anderhalf uur rijden het landelijke buitengebied is bereikt heeft de Sportster S al zoveel minpunten opgebouwd dat we ons afvragen of dit nog kan worden goedgemaakt, maar al snel blijkt die vraag met een dikke vette Yes te worden beantwoord. De dikke voorband maakt dat de Sportster S neiging tot onderstuur heeft (je moet in de bocht continue aan de binnenkant tegen het stuur blijven drukken), zo was me in de stad over de vele rotondes al opgevallen, maar op stuurtempo zijn we D'r zijn zeker wel comfortabelere motoren, maar of die dezelfde coolfactor hebben? daar zeer snel aan gewend en is de Sportster S heerlijk over heerlijke stuurwegen te jagen. Het is dat we vandaag alleen met gelijkgezinden aan het sturen zijn, maar we zijn ervan overtuigd dat de Sportster S menig ‘sportrijder’ een slechte dag zal kunnen bezorgen. Tenminste, zolang je over lekker strak asfalt aan het rijden bent, de stugge achterkant blijft wel een dingetje. Bij ons in Nederland zal het dan ook geen issue zijn, maar bij onze zuiderburen daarentegen…
En dat is jammer, want die stugge achterkant buiten beschouwing latend valt er qua sturen maar bar weinig aan de Sportster S op te merken. Je moet ‘m weliswaar duidelijk aangeven wat je plannen zijn, maar die voert ‘ie daarna ook foutloos uit. De 1250T bouwt z’n vermogen lineair op, maar wil wel graag boven de 2.000, liever nog 2.500 tpm worden gehouden. Geen ‘ram-maar-in-zes’ fiets dus, maar van een Sport(ster) zou je niets anders hoeven te verwachten. Actief de versnellingsbak gebruiken hoort bij een Bovendien, hiermee naar St.Tropez rijden, dát is pas een avontuur. Met een -
GS Pan Am kan iedere boeren...sportief imago. De enkele schijf in het voorwiel doet het beter dan verwacht, hoewel we wel moeten aanmerken dat het tempo geen enkel moment op ‘stop-and-go’ niveau is geweest, maar ‘gewoon’ vlot.
In hoeverre de fiets qua performance, sturen en remmen straks in de praktijk de Diavel klop zal geven zal een vergelijkend warenonderzoek moeten uitwijzen, maar we kunnen ons heel goed voorstellen dat er genoeg zijn die de Sportster boven de Diavel zullen verkiezen. Het blok levert weliswaar 38 pk minder aan de tap, maar is juist daardoor veel minder intimiderend en zou dankzij z’n uitgesmeerde koppel, lagere gewicht en vriendelijke remmen wel eens gemakkelijker te rijden kunnen zijn. Bovendien is ten opzichte van de oude Sportster een enorme stap is gezet en daar zal volgens Harley in eerste instantie 40% van de klandizie uit bestaan. 50% van andere merken als Indian en Triumph, terwijl de laatste 10% nieuw in dit segment zullen zijn, aangetrokken door de afmetingen, toegankelijkheid, performance en styling.
Mid Control
De Sportster S waarmee we de dag zijn begonnen is met de standaard Forward Control voetsteunen uitgerust, die de fiets een redelijk Easy Rider gevoel geven. Het zadel heeft een lichte kuilvorm waardoor je je onder volle acceleratie lekker tegen dat opstaande randje kunt afzetten. De zadelhoogte is met 753 mm echt superlaag, waardoor zelfs de kleinste motorrijders met gemak beide voeten aan de grond kunnen zetten. Een Diavel killer? Denk dat de Duc meer spierballen heeft, maar of 'ie daarmee ook de winnaar is?De voeten steken ontspannen naar voren, waardoor je als een naar voren gekantelde U op de motor zit, wat – zo weten we nu – niet aan te bevelen is als je nog maar 50% van een gebroken sleutelbeen bent hersteld.
Nu is dat de Sportster S uiteraard niet aan te rekenen, wel het feit dat het schakelpedaal bij de Forward Controls zo ver naar voren staat dat het opschakelen een uitdaging is. Hoewel dat ook een kwestie van goed afstellen is, bij mij zat de pedaal redelijk laag (en daardoor ver voor de voetsteun), terwijl een collega klaagde dat bij hem de pook juist te hoog was gezet. De afstand tot de voetsteun was daardoor weliswaar korter, maar door die hoogte was bij hem het terugschakelen een uitdaging. Door het brede instelgebied zijn we d’r echter wel van overtuigd dat er voor iedereen een juiste afstelling te vinden zal zijn. De moeilijke positie van de schakelpook wordt trouwens voor een belangrijk deel weer goedgemaakt door de versnellingsbak, die als een warm mes Dat 'minder' zou de Sportster juist wel eens in de kaart kunnen spelen. Omdat 'ie véél toegankelijker is. En dan hebben we 't nog geeneens over z'n prijs gehaddoor de boter snijdt. Ik zou zelfs durven te stellen dat de bak fijner schakelt dan de Pan Am, hoewel die technisch gezien buiten andere ratio’s identiek zou moeten zijn. Licht, direct en geluidloos, met die 3 woorden heb je de bak samengevat.
Het probleem van de lastig te bereiken schakelpook is verleden tijd als ik na de lunch op een fiets overstap die van de Mid Control Conversion kit is voorzien, een sportieve remschakelset die je benen niet meer recht naar voren, maar naar beneden plaatst. Niet alleen voelt de zit veel natuurlijker aan en is het probleem van de (on)bereikbaarheid van de schakelpook verleden tijd, maar de zit blijkt al snel veel minder belastend voor mijn schouder te zijn en daar word ik wel vrolijk van. Maar er is meer: de eerste de beste stuurweg blijkt de neiging tot onderstuur als sneeuw voor de zon verdwenen te zijn. Nooit gedacht dat iets als een zithouding daar zoveel invloed op zou kunnen hebben, maar dit is toch echt wat ik nu voel.
Mochten we je nog niet van de Mid Control Conversion kit hebben overtuigd: het volgende dat opvalt als we de Autobahn zijn opgedraaid is dat je veel minder wind vangt, waardoor snelheden boven de 130 km/u een stuk comfortabeler zijn dan met de Forward Controls. Ergens ook wel logisch, als ‘gekantelde U’ fungeert je lijf als een parachute. Ook daar heeft Harley trouwens aan gedacht, voor wie toch de voorkeur aan Forward Controls geeft en niet bij tempo 130 het gevoel wil krijgen dat z’n armen worden opgerekt is in het accessoirepakket een klein windschermpje opgenomen.
Conclusie
Vierenzestig jaar na de lancering van de allereerste versie heeft Harley-Davidson met de lancering van de Sportster S niet alleen een nieuw tijdperk voor de Sportster ingeluid, maar tegelijkertijd een verdomd goed alternatief voor in 2018 de uit productie genomen V-Rod op de markt gezet. Een alternatief dat niet alleen in eigen kring, maar ook daarbuiten wel eens met open armen zou kunnen worden ontvangen, Yup, cool fietskezo heeft ons de perspresentatie in de voormalige steenkoolmijn Zeche Zollverein in het hart van het Duitse Ruhrgebied in Essen wel geleerd.
Als je namelijk voor de presentatie van een compleet nieuw model een testroute hebt uitgezet waarbij alle minpunten enorm worden uitgelicht, in plaats van een route te bedenken die alle pluspunten benadrukt en alle minpunten verdoezelt, en aan het eind van de dag stapt desondanks iedereen laaiend enthousiast van de motor af, dan heb je toch echt wel iets goed gedaan. Als zelfs de meest erbarmelijke omstandigheden een motor niet van z'n stuk kunnen krijgen, dan geeft dat wel aan dat 'ie veelbelovend is.
We sommen het nog even op: de vering achter is ronduit kut, de warmte van de uitlaat zal op een warme zomerdag het bloed in je rechterbeen doen koken, langer dan een uur rijden in stads verkeer is supervermoeiend, de tankinhoud is met 11,35 liter (hoe meer cijfers achter de komma, hoe minder het is) achterlijk klein en met Forward Controls heb je een zit die boven de 130 een menselijke parachute van je maakt.
Maar, nu komt de grote Maar: zodra je ‘m de sporen kunt geven is dat alles de Sportster S binnen 5 minuten vergeven. Niets dat een grotere kick geeft dan met iets waarvan je ’t totaal niet verwacht iets waarvan je ’t wél verwacht het nakijken te geven op een mooie bochtige weg. En die minpunten? Die neem je maar al te graag voor lief. "Je moet niet zeiken..."
“We hebben de Sport weer terug naar de Sportster gebracht”, zegt Harley-Davidson en zo is het maar net. Maar dan wel op de Harley-manier, voor een super vriendelijk prijskaartje van slechts € 18.495,- (€ 15.995,- BE). Leg daar maar eens het prijskaartje van de Diavel naast, kijken of je dan nog steeds voor de Italiaan zult gaan.
Technische gegevens
Merk/model | Harley-Davidson Sportster S |
Motor | |
Type | Revolution Max 1250T 60° V-twin met 30° offset |
Koelsysteem | vloeistofkoeling |
Cilinderinhoud | 1.252 cc |
Boring x slag | 105 x 72 mm |
Compr. verh. | 12,0:1 |
Klepaandrijving | DOHC, 4 kleppen per cilinder, variabele kleptiming |
Ontsteking | digitaal, 5 rijmodi, bochten-tractiecontrole |
Starter | elektrisch |
Benzinetoevoer | sequentiele elektronische benzine inspuiting (ESPFI) |
Smering | dry sump |
Vermogen | 121 pk @ 7.500 tpm |
Koppel | 127 Nm @ 6.000 tpm |
Transmissie | |
Aantal versnellingen | 6 |
Eindoverbrenging | riem |
Koppeling | Nat, meervoudige platen, kabelbediend, slip-assist |
Chassis | |
Frame | buisframe van hoge rekgrens staal, blok dragend deel constructie |
Wielbasis | 1.518 mm |
Balhoofdhoek | 30° |
Naloop | 148 mm |
Vering voor | Showa 43 mm upside down, volledig instelbaar |
Vering achter | Showa monoshock met piggyback reservoir, volledig instelbaar |
Veerweg voor | 92 mm |
Veerweg achter | 51 mm |
Voorrem | Enkele schijf 320 mm, Brembo Monobloc 4-zuiger remklauw, bochten-ABS |
Achterrem | Enkele schijf 260 mm, Brembo 1-zuiger remklauw, bochten-ABS |
Voorband | 160/70 TR 17" |
Achterband | 180/70 TR 16" |
Afmetingen | |
Lengte | 2.265 mm |
Breedte | 843 mm |
Hoogte | 1.089 mm |
Zadelhoogte | 753 mm |
Gewicht | 228 kg rijklaar |
Tankinhoud | 11,4 liter |
Reserve | 3 liter |
Gegevens | |
Rijbewijsklasse | A |
Garantie | 2 jaar |
Adviesprijs NL | € 18.495,00 |
Adviesprijs BE | € 15.995,00 |
Importeur NL | Harley-Davidson Benelux |
www.harley-davidson.com |