Test: MV Agusta F4 1000 vs. Suzuki GSX-R1000
Pagina 4
Inhoudsopgave |
---|
Test: MV Agusta F4 1000 vs. Suzuki GSX-R1000 |
Pagina 2 |
Pagina 3 |
Pagina 4 |
Pagina 5 |
Pagina 6 |
Pagina 7 |
Pagina 8 |
Pagina 9 |
Duitse Eifel...
We hebben de werkplaats van Spanjer inmiddels al weer ver achter ons gelaten als we "s middags richting Duitse Eifel aan het sturen zijn. Vanuit de grote kruising bij Schleiden vervolgen we de B258 in noordelijke richting. Even het kleine spoorlijntje over waarna de weg zich via een prachtige rechts - links - rechts combinatie omhoog weet te slingeren. Als "junior redacteur" is het voor mij vaak aanpoten om de inmiddels ervaren "senior" bij te benen, maar nu blijkt het een "piece of cake" als ik bij het uitkomen van de laatste rechter, aan z'n achterwiel zit te drukken. Ik ben in het voordeel want ik zit op de MV. Nog nooit zo'n strak sturende fiets gereden. Gewoon te exclusief voor woorden. Tijdens de korte knikken valt het voelbare verschil met de Soes echter mee. Het zijn juist de lange, snelle door- draaiers waar het exclusieve samenspel tussen stijfheid van het frame en gebruikte veringscomponenten uitblinken, ondersteunt door het enorme vertrouwen wat de Pilot Powers bieden.
We vervolgen onze weg alwaar de volgende bochtencombinaties opdoemen. Het is feest! Het is een ongekend gevoel om met beide motoren onderweg te mogen zijn. De verschillen tussen de twee zijn voelbaar en wellicht, omdat we ons toch op openbare weg bevinden, niet helemaal uit te kristalliseren. De remmen van de Soes blijken enigszins te verrassen. De remkracht is enorm, echter de 'bite' vraagt om gewenning waardoor het doseren wat lastig blijkt. De normaal geplaatste 6 zuiger Nissins op de MV daarentegen geven hetzelfde vertragingsvertrouwen maar laten zich wat geleidelijker bedienen. Het verhaal met betrekking tot de koppeling is het net andersom. Wat dat (en de totale zithouding) betreft is de MV Agusta dan ook echt alleen gemaakt om hard te gaan. Naarmate de snelheid toeneemt gaat op deze fiets alles 10 keer makkelijker. De Soes is wat dat betreft vanaf draaien op de weg een en al bedieningsgemak. Niet dat we op de anti-hop koppeling van de Soes dit weekend nou zo vaak een beroep hebben gedaan, uiteindelijk komt dat tijdens de echte “hardgaan sessiesâ€Ã‚ beter uit de verf, maar ook die draagt bij aan het uiteindelijke allround gebruiksgevoel van de Suzuki.
Als we "s avonds aan de bar voor het eerst de balans gaan opmaken laten we alles nog even de revue passeren. Nu zouden we met een enkel: die MV is gewoon de beste ons er erg snel en gemakkelijk vanaf kunnen maken, maar dat zou de Suzuki in dit geval zeker te kort doen. Want strikt genomen is die fiets op zich al een fantastisch apparaat. Hij heeft alleen de domme pech het ditmaal op te moeten nemen met de fantastische creatie uit de tekenpen van Tamburini.
Het lijkt dan ook dat we geen grotere tegenpolen tegenover elkaar hadden kunnen zetten dan deze twee Superbikes. Zo hard en oncomfortabel als de F4 1000 is, zo zacht en relaxed is de GSX-R. Stap van de MV over op de Soes en je hebt het gevoel op een chopper plaats te nemen. Bij de MV zit je op de motor, bij de Soes zit je er in. Het is meer dan duidelijk dat deze twee motoren vanuit twee totaal verschillende invalshoeken zijn geconstrueerd. De Italiaan is een compromisloze Superbike die daarbij net geschikt is om ook nog mee op de openbare weg te rijden, maar waarbij je dan wel alles voor lief moet nemen. De Japanner is het compromis voor op de openbare weg, maar daarbij goed genoeg om - na aanpassing - Superbike kampioen te worden.
Toch is het niet allemaal MV Agusta wat vandaag de klok heeft geslagen. Om te beginnen is het geen van beide gelukt om de Suzuki compleet zoek te rijden. Of anders gezegd: wie er ook op de F4 reed, de GSX-R wist aardig in de buurt te blijven. Wat al aangeeft dat beide motoren eigenlijk veel meer kunnen dan wij gewone stervelingen. Andersom geredeneerd was het wel zo dat de MV-rijder het allemaal een stuk gemakkelijker afging tijdens de sportieve stuursessies, maar dat hadden we al gezegd nietwaar? Daarnaast geeft de Suzuki je een ongekende rijsensatie zodra je aan het gas gaat hangen. De motor gaat er al vanaf 5.000 toeren heel hard vandoor en weet dat vermogen vast te houden tot in de toerenbegrenzer. Voor je gevoel ongekend. Tel daar het in- en uitlaatgeluid bij op en je hebt een aardige definitie van het woord rijsensatie. De kollosale titanium uitlaatpot mag dan geen porum zijn, het geluid dat hij weet te produceren is fenomenaal. Alsof je op de GP machine van John Hopkins zelf hebt plaatsgenomen.
Toch is het telkens weer die stomme Italiaan die ons uit onze dromen wakker schudde. Geen waanzinnig sleuren vanuit lage toeren, maar wel net zo snel van z"n plek. Zo niet sneller. Een directe confrontatie zou daarin duidelijkheid moeten scheppen, maar daar waren we vandaag nog niet aan toe gekomen. Waarmee trouwens niet is gezegd dat het de MV aan rijsensatie ontbeert, want dat heeft hij wel degelijk. Alleen anders dan bij de Soes. Het is meer de verpletterende indruk van rijwielgedeelte, vering en de exclusiviteit (hoe je het ook wend of keert, elk moment dat je op de MV mag rijden maak je simpelweg deel uit van die happy few) die bij de F4 1000 verantwoordelijk is voor de lading rijsensatie.