Test: Honda Super Cub
Kerstavontuur
Koning vier
“Bier? Je denkt dat we dat hier niet hebben?” is de lachende reactie als ik Ben, de eigenaar van motorherberg Baton Rouge in Vielsalm op de hoogte breng van mijn plan. “Maar dit bier heb je niet… en dat is nou precies mijn punt”. Daar komen mijn vrienden in beeld…. Al enkele jaren maken zij naar volle tevredenheid van een groeiend publiek hun bier onder de naam Haas. Minstens even lang weet ik dat Ben zelf ook een bierliefhebber is en als wij met een groep vrienden jaarlijks een weekend in de Ardennen vertoeven, Belgen en hun plaatsnamen.... je zou ze er haast een prijs voor gevenis het niet raar om op een gegeven moment op het idee te komen een keertje heen en weer te rijden. Maar zoals elk goed idee komt het er al minstens zo lang gewoon niet van. Tot nu.
Wie kent niet de Super Cub? Het is alleen maar ’s werelds meest succesvolle model, ooit… met een verkoopaantal van ruim honderd miljoen –lees dat gerust nog eens- is het succes ongeëvenaard. Het model heeft dan ook sinds z’n eerste ontwerp in 1958 niet meer stilgestaan en is altijd in productie gebleven. Tenminste, voornamelijk in andere landen. Wij Nederlanders kennen het motortje niet zo goed, omdat het hetzij van voor onze tijd is, hetzij er op wordt neergekeken. Tot nu. Want in de recente retro-hausse en Honda’s daaropvolgende ontwerpwoede heeft het bedrijf niet alleen eerst de CB1100, daarna de Monkey, maar dus ook de Cub nieuw leven ingeblazen. En nú is het motortje wél ook in Nederland leverbaar. Het oog voor detail is ongekend. De mate van afwerking eveneens. En toch is het écht een moderne motor, met sleutelloos contact, een digitaal display met benzinemeter en dubbele tripmeter (LCD, het had ook té gek gekund natuurlijk), injectie, LED-verlichting rondom, ABS, noem maar op. Enige wat dan weer niet standaard is, en dat is echt jammer, is een bagagedrager. Want nu zal ik creatief moeten worden. Het blokje is eveneens authentiek, met een semiautomatische vierversnellingsbak zoals al sinds het begin het geval was. Volgens Wikipedia vond Soichiro het absoluut noodzakelijk dat de bestuurder een bak noedels moest kunnen vasthouden tijdens het rijden en dus is er een automatische koppeling gemonteerd. De achterrem zit daar waar ‘ie hoort: bij de rechtervoet.
Kortom: de Cub is zonder enige twijfel de afgelopen zestig jaar hét alternatief voor de pakezel van tweeduizend jaar geleden. Combineer die gegevens met een lege agenda en je hebt het recept voor een kruistocht. De start: Rotterdam. De finish: een herberg in Vielsalm. Het moment: eerste kerstdag.
Tekst: Vincent Burger
Fotografie: Ed Smits, Vincent Burger
Blauwbekken
En dus sta ik plots te blauwbekken op een plein in Baarle-Nassau. Al bij ophalen van de motor in Nieuwleusen werd duidelijk dat snelwegrijden niet z’n sterkste punt is, dus besluit ik wijselijk het grootste deel van de trip over B-wegen af te leggen. Alleen smokkel ik het eerste stuk even, omdat dat gewoon volkomen oninteressant is. En Baarle-Nassau… het klinkt gewoon oké. Wat ik op dat moment al wel heb kunnen concluderen is dat ik nog meer lagen onderkleding had aan kunnen trekken, maar ook dat ik nog vaak genoeg bij de pomp zal komen staan…. Mijn eerste etappe duurde, met een volle tank, wel 75 hele kilometers. En zoals iedereen zou doen bij dergelijke afstanden, Onderweg... of het nou een boodschapje is of een wereldreis, het zal de motor worst wezenstond ik me hardop af te vragen waar dat lek precies zou zitten. Tenminste, totdat ik de tank opnieuw ramvol had zitten en ik nog steeds geen drie liter kon afrekenen. Met een volledige winteroutfit, tegenwind en het gas vol tegen de stuit is vijfentwintig kilometer per liter nog steeds geen slechte score voor een 125cc…
Maar goed, de kleine tank (3,7 liter volgens opgave) betekent dus wel dat er nog steeds vaak gestopt zal moeten worden. Ach.
Als onmisbare assistent heb ik heel creatief een Garmin op het stuur gemonteerd. Geen moderne, maar met snel- en andere rijkswegen uitgeschakeld kom je nog een heel eind. Bovendien kan het nog lang duren voordat Vielsalm in beeld komt. Ik maak één uitzondering; voor een paar foto’s heb ik afgesproken in Limburg op de route van de afgelopen zomer verreden eco challenge. Omdat dat zelfs voor Ed te vinden is en – althans voor normale motoren- niet zo extreem veel omrijden is, moet het best kunnen.
Het is een leuk ding. Daar was ik al láng achter, maar ik moet nog effe. Kan ik net zo goed nog eens over alle eigenschappen heen. Het blokje heeft zoals gezegd een semiautomatische vierbak en als je dat voor het eerst meemaakt ben je verkocht. Wegrijden gebeurt met een centrifugaalkoppeling, dus je kunt gewoon in de versnelling blijven, dat maakt toch niet uit. Maar dan… de schakelpook is eveneens verbonden aan een koppeling, die eerder aangrijpt dan het schakelmechanisme. Dus door simpelweg de pook te bedienden, ontkoppel je het geheel en kun je dus zomaar doortrappen. En als klap op de vuurpijl is de bak ook nog eens eh… laten we zeggen ‘circulair’ opgebouwd, wat zoveel betekent
Details, details, details.... zelden zo'n doordacht design gezien. Maar tegelijkertijd wel honderd
procent 2019. het houdt echt niet op
Kijk naar dat contactslot, maar kijk dan ook naar dat chromen kapje...daar zat origineel dus het luchtfilter. Dus dat moet terugkomen, ook al komt de lucht nu totaal ergens anders vandaan
dat na vier weer gewoon de vrijstand volgt. Bij stilstand dan, dat is wel een kleine beveiliging die nu ingebouwd is. Maar als je dus in vierde op een rood licht komt afgestormd, hoef je enkel te remmen en tot stilstand te komen. De centrifugaal zorgt dat het blokje niet afslaat en jij kunt de bak gewoon met dezelfde pook dóórtrappen naar vrij en dan naar één. Of je neemt natuurlijk de andere kant, want de Cub heeft ook nog eens hak-teen bediening. Dat is dan ook dé reden dat vele Aziaten er ook gewoon met slippers op kunnen rijden, want meer dan trappen is niet nodig. Kan zelfs niet eens. Hoe makkelijk wil je het hebben?
Totdat de chef natuurlijk de heldere opmerking maakt ‘dat DCT dus eigenlijk helemaal nergens voor nodig was geweest’. Ehm… dit blokje heeft zeven pk. Een VFR1200 160. En het is goed te merken ook, want de bak heeft soms bij een stevige klim of flinke tegenwind duidelijk een eigen wil, de koppeling slipt dan weer wel en dan weer niet en maakt het rijden nog een mooi avontuur. Maar goed, vier versnellingen, top van 110… op de teller. Nog net iets meer als je een tunnel in rijdt, maar dan ook alleen als de wind niet verkeerd staat. Gecontroleerd op de Garmin ligt de werkelijkheid net iets onder de honderd en tik je in die tunnel ook de toerenbegrenzer aan. Meer gaat het echt niet worden.
En dan is er nog dat andere kleine puntje: een doos bier en een ontbrekende bagagedrager. Gelukkig heeft Honda in het oorspronkelijke ontwerp rekening gehouden met allerlei vormen van last dragen, dus is daar met deze replica ook genoeg van over gebleven. Dat is natuurlijk de ruimte tussen zadel en stuur. Met behulp van een handdoek voor de demping en een tweede om de ruimte op te vullen, past het pakket perfect op z’n plek. Oké... misschien is het niet ontworpen voor Europeanen. Of Nederlanders, om precies te zijnDe zijkanten kan ik met m’n knieën op hun plek houden, gaat geen kant meer op zo. En als het echt nodig is, kan ik met mijn vrije linkerhand altijd nog bijsturen. Daar is nou die automaat voor uitgevonden, ook wegrijden en weer stoppen gaan probleemloos. Alleen het terugschakelen gaat soms wat ruw, omdat je niet gewend bent met je voet de koppeling op te laten komen, maar ook dat werkt uiteindelijk prima. En zo tuffen we door het Vlaamse land…. Kilometer na kilometer glijden onder me door en ik laat me fêteren op het onbekende deel van het land. Dat is niet zo vreemd, want echt spannend is het niet om met de motor doorheen te racen. En als er eens een mooie bocht voor me ligt, ga ik niet hard genoeg om daar goed gebruik van te maken. Dus uiteindelijk tuf ik maar gewoon verder. Niet meer plank volgas zoals dat eerste ritje, maar wel in de buurt. En het scheelt toch; m’n verbruik ligt nu toch wel op zo’n veertig kilometer per liter. Daar kom je dus per keer een ruime honderd kilometer ver mee, voordat je weer goedendag en bedankt kunt zeggen. Kan me best voorstellen dat dat nog beter kan, als je bijvoorbeeld in de stad woont en alleen maar korte ritjes maakt… of niet boven de zestig uit komt. Als je het zo bekijkt gaat de Cub dan ook makkelijk hard zat. En inderdaad, die keer dat ik ooit in Thailand een brommer gehuurd had, in stijlvolle toeristenoutfit, was het ook meer dan hard genoeg. Maar dan heb je ook nog palmbomen, gammele hutjes en olifanten die je uitzicht sieren. Na de zoveelste Belgische stad heb je het ook wel redelijk gezien.
Toch is er nog een dingetje, want ik had een tijd afgesproken en ik heb totaal geen idee hoe goed ik op schema lig. Als ik bij de Maas ook nog een veerpont voor mijn kiezen krijg, durf ik het helemaal niet meer in te schatten. Waarschijnlijk had de schipper ook wel eens betere ritjes, want die ene euro die hij aan mij verdiende, zet weinig zoden aan de dijk. Maar positief is wel het resterend aantal kilometers. Tenminste, tot aan de tussenstop. Nog een stuk of zestig. En ja, op de H2SX had ik waarschijnlijk al een beetje mijn Uitdagingen zijn er om opgelost te worden. Ik vervoer hier een doos bier. Zie je? Kan makkelijkgas dichtgedraaid met zo’n getal, nu heb ik nog een dik half uur... bijzonder hoe je snelheid op een gegeven moment toch je beleving van tijd en afstand beïnvloedt. Toch mag ik niet klagen, want hier duik ik Limburg binnen en mag dus toch nog (net) een beetje aan sturen denken voordat ik er ben. En terugschakelen, want sommige klimmen zijn niet geschikt voor de vierde versnelling. Ach, het is allemaal voor de lol. Maakt het uit joh.
Alhoewel die lol me toch een beetje de keel begint uit te hangen. Eigenlijk wordt het steeds authentieker, zo’n kruistocht zal ook niet in een vloek en een zucht voltooid zijn geweest… of echt opgeschoten hebben. Maar toen waren ze nog met meer, dat zal de sfeer wel iets geholpen hebben. Maar kijk: als ik de laatste bocht rond, staat daar toevallig Ed net op z’n plek, te stoeien met de camera-instellingen. Komt goed uit, des te sneller kan ik verder. Het is inmiddels ook geen lunchtijd meer, maar ik ben nog niet gestopt sinds ik uit Brabant vertrok. Dus hoe sneller we dit klaar hebben, des te eerder kunnen we aan de koffie met stroopwafel. Flinke lunch.
Perfect op temperatuur
Als ik eindelijk weer opstap, loopt het ergens tegen vieren. De zon is al duidelijk aan het zakken en ik ben er voorlopig nog niet. Garmin zet me eerst nog op het verkeerde been door te beweren dat het nog maar een uurtje rijden is, maar dat valt stiekem toch nog tegen; zodra ik begin te rijden wordt die tijd bijgesteld. Kijk zelf ook maar: van de Mergellandroute naar Vielsalm Haarspelden, bergpassen, makkie joh. Als ze in Vietnam hele families verhuizen met één zo'n ding, moet ik dit ook makkelijk kunnenis misschien met andere motoren in een uurtje te doen, maar niet met de Cub. Tijd om gas te geven dus… al weet ik nu al dat dat weinig verschil zal maken, want ik ging al zo hard als de 7 pk me kon voortstuwen. Geeft niet, het moest en zou een avontuur worden, dan kan ik dat krijgen ook. Helaas….
Toch kan ik me er niet echt heel kwaad over maken. De ondergaande zon en het landschap maken heel veel goed, hier ziet het er prachtig uit en ik weet dat dat zo blijft totdat ik er ben. Tenminste, zo lang er nog iets van daglicht over blijft. Maar dan komt het: na nog eens zoveel kilometer sta ik op het punt de Hoge Venen te kruisen. Dicht bij het doel, maar een obstakel van formaat. Eerst een goeie klim en daarna een tiental kilometers vlak en recht. Gecombineerd met de hoogte, het verschil aan klimaat tussen thuis en hier en het verdwijnen
Baton Rouge
Baton Rouge, wie kent ze niet? Inmiddels is de herberg uitgegroeid tot een huishoudnaam voor degenen die het kunnen weten. Kom hier één keer en je komt er vaker… Met een ligging pal tussen de Ardennen, Eifel en Luxemburg kun je letterlijk alle kanten op en de Nederlandse eigenaars weten precies hoe ze het gezellig kunnen maken. Vergeet vier sterrenhotels, super-de-luxe verblijven en steriele ontbijtzalen, bij Baton kun je tenminste nog op je sokken en met een ‘out of bed’ coupe aan tafel schuiven. En vanaf komend seizoen wordt het nog beter, want deze winter wordt een flinke verbouwing doorgevoerd die het nóg aangenamer maakt.
Meer weten? Check www.benhet.be
van de zon betekent dat een aanzienlijke daling van de temperatuur, wat dus ook echt goed te merken is. Onderweg passeer ik nog een verdwaalde wandelaar die zijn camera op de zon richt omdat het wel echt waanzinnig mooi is, maar ik kan er niet veel meer aandacht voor opbrengen dan de Cub tijd nodig heeft om erlangs te scheuren. Genoeg tijd voor mij om te bedenken dat het bier straks perfect op temperatuur is. Tikje geschud misschien, maar wel echt koud.
Op het moment dat ik aan de andere kant van de vlakte weer afdaal, begint het toch wel echt donker te worden. Nou stort de zon in de zomer sneller naar beneden, dus de schemer houdt nu langer stand, maar het is een schrale troost. Ik wil naar binnen. Warmte, licht, eten en drinken. Wiens idee was dit eigenlijk? En dan kun je nagaan; het is nog geen vijf uur ’s middags. Toch heb ik lang genoeg gereden voor vandaag, vind ik zelf. De Garmin geeft weliswaar steeds betere cijfers aan, maar toch is het nog een stukje karren. Volhouden dan maar… als ik met een H2SX negenhonderd kilometer per dag kan wegtikken, dan moeten die laatste dertig vandaag ook nog wel lukken.
Hé, nieuw asfalt. Dat is tof. Dat moet ik onthouden, dan kan ik daar volgende keer, met een andere motor en onder andere omstandigheden, eens goed gebruik van maken. Ik kan het zien omdat het Honda’tje is uitgerust met een waanzinnig mooie koplamp. Het licht wat de LEDs verspreiden (oké, met groot licht, maar toch) is meer dan genoeg om de eveneens nieuwe, spierwitte lijnen er echt uit te laten springen. Gaaf. Alleen zijn die witte vlekken op de weg iets minder gaaf, dat is toch echt vrieskou. Wil je stunten? Kan ook. Moet je die achterrem eens proberen.... trommelrem en ABS-loos... wat kan er mis gaan?En hoewel de Honda nog op best toffe bandjes staat, heb ik toch niet het vertrouwen om achteloos een hoek in te sturen. Zeker niet met mijn kostbare lading nog aan boord. En al ben ik vaker in Vielsalm geweest, toch ken ik de weg er niet echt uit mijn hoofd. Dus als Garmin ineens gebiedt een of ander wandelpad in te steken omdat het officieel een weg is en het adres echt aan de andere kant zou moeten liggen, vind ik het prima en rijd het dorp in. En weer uit, en na omdraaien opnieuw weer in. Verdraaid. Volgens mij heb ik nu alle invalswegen wel een keer gehad, maar hoe ze in verhouding staan… nog steeds geen idee. Toch lukt het uiteindelijk om toch de weg weer te vinden. De kerk is een goed houvast, dan moet hier achter een restaurant liggen en dan… ik weet het weer. Dacht dat ik van de andere kant zou zijn gekomen, maar blijkbaar dus toch niet. Apart.
Weelderig licht
Zo mijmerend rij ik het dorp weer uit, dus het kleine beetje licht van de straatverlichting verdwijnt ook langzaam in mijn spiegels. Het is weer heerlijk pikdonker, zoals alle wegen hier in de buurt. En echt ver kijken kun je hier niet, want de weg slingert. Maar dan rij ik voor de zoveelste Bar, bier, kachel, muziek. Missie geslaagd. Proost!keer een bocht om en schijnt plots een weelderig licht me tegemoet. Dit moét het zijn. Weliswaar geen ster, maar de rijke kerstverlichting keur ik dit keer ook goed. Het is Baton Rouge, ik heb het gehaald. Mijn reis zit erop. Gaaf.
Ik parkeer de Cub voor de garage en neem even mijn tijd om m’n helm af te zetten, handschoenen uit te doen en oordoppen op te bergen, voordat ik de trap afdaal om volk te zoeken. Het ziet er heerlijk uitgestorven uit… even vraag ik me af wat ik zal doen als zou blijken dat er niemand thuis is, maar een bewegende deurknop haalt me al snel weer bij de realiteit. Een heel zwaar gordijn houdt al het licht en warmte binnen, wat de schijn opwekt van een gesloten tent. Daar is Ben, zijn vrouw Hetty en schoonmoeder, met open armen zoals altijd. Hoi, ik kom uit het westen. En ik heb wat voor je meegenomen.
https://youtu.be/Qtr77XxnW3Q
Haas bier
Natuurlijk wil je weten wat er nou zo bijzonder is aan dat bier, dat ik het helemaal naar België wil brengen. Dat kun je eenvoudig zelf uitvinden door op zoek te gaan naar Haas Bier: http://haasbieren.nl/
Op het moment hebben ze vier smaken (die uiteraard allemaal in de doos zaten): een Tripel, een Black IPA, een English Bitter en mijn persoonlijke favoriet: een Peated IPA. Geen van allen volgens de standaard smaakverwachting, maar altijd met een kleine twist. En daar houdt het niet op, de brouwers zijn continu bezig met het ontwikkelen van nieuwe smaken, soms een speciale editie, soms een verbetering van een oud recept. Zo is er ook al eens een rookstout ontstaan, een waanzinnig bier bij een plankje tapas, bijvoorbeeld. Zodra je het proeft, krijg je trek in goed vlees. Maar laat mij het je niet voorzeggen, probeer het gewoon zelf.
Technische gegevens
Merk/model | Honda Super Cub C125 |
Motor | |
Type | eencilinder |
Koelsysteem | luchtkoeling |
Cilinderinhoud | 124,9 cc |
Boring x slag | 52,4 x 57,9 mm |
Compr. verh. | 9,3:1 |
Klepaandrijving | OHC, 2 kleppen per cilinder |
Ontsteking | digitaal |
Starter | elektrisch |
Benzinetoevoer | PGM-F1 elektronische injectie |
Smering | wet sump |
Vermogen | 9,5 pk @7.500 tpm |
Koppel | 10,4 Nm @ 5.000 tpm |
Transmissie | |
Aantal versnellingen | 4 |
Eindoverbrenging | o-ring ketting |
Koppeling | nat,meervoudige plaat, automatisch centrifugaal |
Chassis | |
Frame | stalen Mono-backbone |
Wielbasis | 1.245 mm |
Balhoofdhoek | 26,5° |
Naloop | 71 mm |
Vering voor | 26 mm telescoop, niet instelbaar |
Vering achter | Twin shock, instelbaar |
Veerweg voor | 100 mm |
Veerweg achter | 84 mm |
Voorrem | enkele schijf 220 mm, 1-zuiger remklauw |
Achterrem | 130 mm trommelrem |
Voorband | 70/90 R 17" |
Achterband | 80/90 R 17" |
Afmetingen | |
Lengte | 1.915 mm |
Breedte | 720 mm |
Hoogte | 1.000 mm |
Zadelhoogte | 780 mm |
Gewicht | 109 kg rijklaar |
Tankinhoud | 3,7 liter |
Reserve | n.b. |
Gegevens | |
Rijbewijsklasse | A1 |
Garantie | 2 jaar |
Adviesprijs NL | € 4.258,00 |
Adviesprijs BE | € 3.599,00 |
Importeur NL | Honda Benelux |
www.honda.nl |