De Dutch TT van Assen, een rijke historie
De Dutch TT van Assen, een rijke historie
Inhoudsopgave |
---|
De Dutch TT van Assen, een rijke historie |
Pagina 2 |
Pagina 3 |
Pagina 4 |
Pagina 5 |
Pagina 6 |
omringende landen. Er werden echter wel diverse betrouwbaarheidswedstrijden gehouden zoals bijvoorbeeld de Holland-Engeland ritten. Grasbaanraces waren ook al enorm populair toen Koolhaas Revers in 1924 een betoog hield voor "s Neerlands eerste snelheidswedstrijd. Hij deed dat als toenmalig hoofdredacteur van het tijdschrift
"Het motorrijwiel en de Kleinauto"
, vanaf 1937 bekend als
"Motor"
. In dit betoog gaf Koolhaas Revers aan dat een snelheidswedstrijd op een afgesloten circuit eigenlijk het enige was dat de Nederlandse motorwereld nog miste.
Erg lang hoefde Koolhaas Revers niet te wachten op de race. Op zaterdag 11 juli 1925 stonden 27 van de oorspronkelijke 35 coureurs aan de start van de eerste snelheidswedstrijd met motoren in Nederland. Dit vond plaats op het Circuit van Drenthe met een ruim 28 kilometer lang parcours dat liep van Rolde, Borger, Schoonloo terug naar Rolde. Deze eerste race had heel wat voeten in Drentse aarde. Pas op 4 juli 1925, een week voor de races, werd ministeriele toestemming gegeven. Dit werd pas mogelijk nadat de Motor- en Rijwielwet werd gewijzigd en het afsluiten van wegen voor races mogelijk maakte. Op 6 juli keurde de KNMV het plan voor de eerste races eveneens goed. Voor de afzetting van het parcours werden vervolgens 1500 militairen ingeschakeld die tevens zorgden voor telefoonverbindingen langs het circuit. Met deze verbindingen konden de commentatoren de race ook volgen, waar de coureurs ook waren. Verder zorgden ook politie en marechaussee voor een goed verloop van de races en waren medische posten ingericht langs het circuit.
Het circuit
Om een mooi circuit te kunnen herbergen in Rolde zorgden boeren en ingenieurs voor een nieuw stuk weg. Een nieuwe traject van maarliefst drie kilometer zorgde voor de verbinding tussen twee wegen. Dit was het enige punt van het circuit dat onverhard was en ook het enige deel dat ooit tijdens de Dutch TT uit een zandpad bestond. De coureurs waren niet echt te spreken over dit nieuwe deel, maar de rest van het parcours lagen er prima bij. Opmerkelijk was de rotonde op het traject Schoonloo - Grolloo. Gelukkig waren de coureurs hiervan op de hoogte gesteld en beloofden de heer Kramer van de organisatie daar met het hoofd te rijden. In Rolde en Borger waren zelfs tribunes opgericht om de toegestroomde toeschouwers te kunnen herbergen. Vooral bij de molen in Rolde gaf dit een prachtig gezicht.
Het eerste Nederlandse circuit |
Het enige dat nog een beetje hulpbehoevend was, was de pitstraat in Rolde. Er waren wel tijdborden met snelschilders aanwezig zodat de coureurs alle informatie over rondetijden kon zien, maar er moest natuurlijk ook wel eens getankt worden. In totaal kwamen de coureurs tijdens een race tien keer voorbij en konden ze een race winnen door een snelle tactiek in de pits. Enkele coureurs als Bertus van Hamersveld hadden aangepaste tankinstallatie"s ontwikkeld zodat ze sneller konden tanken, John Moos had een andere tactiek. Hij had een grotere tank op zijn BSA gemonteerd. Zijn tank had een inhoud van maarliefst 21 liter. Of het daadwerkelijk een succes was is onbekend, daar Moos in de race uit viel. Ook Maarten Flinterman had op zijn FN een grotere tank, deze had 14 liter inhoud.
De prijzen en de winnaars
Het organiserende comité had van alle kanten toezeggingen gekregen waardoor een prachtig prijzenpakket samen te stellen was. De deelnemers aan de eerste TT konden onder andere zilveren bekers, diverse medailles, een zilveren sigarettenkoker en maarliefst drie gouden medailles beschikbaar gesteld door de KNMV. Tijdens de eerste TT in drie verschillende klassen. In de klasse A, tot 250cc, kwamen twee coureurs uit die zo snel mogelijk acht ronden over het circuit reden. Na vijf ronden was deze race echter al beslist, daar de motor van Van Hamersveld de geest gaf en Arie Wuring op zijn BSA de race naar zich toe trok.
De heer J. Jansen op het onverharde deel bij de molen van Rolde |
De klasse B, tot 350cc, had een startveld met maarliefst 14 deelnemers. Namen als Flinterman op de F.N., Moos op de B.S.A., Bieze op een New Imperial en Jansen op een Matchless streden mee om de winst. In de race hadden veel deelnemers problemen met bougies en lekke banden, daardoor vielen aardig wat deelnemers uit. Het was Hajo Bieze die de 284 kilometers het snelste af wist te leggen met een gemiddelde van 82 kilometer per uur. In de klasse C, tot 500cc stond Van Hamersveld opnieuw aan de start. Met hem waren ook mannen als Jac Brunt, Karel Burlage en Piet van Wijngaarden. In totaal namen 11 deelnemers deel aan deze race. Zeven hier van vielen in de eerste vijf ronden al uit. Het overige kwartet voerde een verbeten strijd uit. Het waren Van Wijngaarden op de Norton en Van Hamersveld op de Harley-Davidson die streden om de winst. De Harley van Bertus van Hamersveld had hij zelf aangepast. Het 1000cc blok mocht niet mee doen aan een 500cc race, daarom had Van Hamersveld een van beide cilinders gedemonteerd. Toch was dit niet voldoende om de winst te pakken, deze ging naar Van Wijngaarden met een gemiddelde snelheid van 90 kilometer per uur. Van Wijngaarden wist uiteindelijk met "slechts" 3,5 minuut voorsprong te winnen.
Huldiging door de vrouw van Commissaris van de Koningin, Mevrouw Linthorst Homan |
Het jaar 1925, de geboorte van de Dutch TT was een feit. Er werd van een groot succes gesproken. Wat de organisatie nooit had verwacht is dat men in het jaar 2005 naar de 75ste Dutch TT vooruit zou zien.