Zoeken

Test: Kawasaki Ninja H2 SX SE

Knallen maar

11 augustus 2022

Waar z’n voorganger nog in 3 verschillende uitvoeringen leverbaar was (Ninja H2 SX, Ninja H2 SX SE en Ninja H2 SX SE+, heeft Kawasaki bij deze 2022 versie de laatste twee samengevoegd en heb je dus allen nog maar de keuze uit H2 SX en H2 SX SE. Het verschil tussen de twee zit ‘m naast de hiervoor reeds uitgebreid besproken elektronische gadgets in de keyless ride, bandenspanningscontrole en KICS elektronisch geregelde vering, die voorheen alleen was voorbehouden aan het SE+ model. Dat en de Brembo Stylema remmen. Net als bij de Versys 1000 SE heeft Kawasaki bij de Ninja H2 SX SE de semi-actieve vering nu op Een 267 kilo fiets niks voor op 't circuit? Maakt Ron helemaal niks uit, maar iets zegt ons dat d'r wel een paar RR-rijders zijn die daar sinds dit verzetje heel anders over denken.basis van het Skyhook principe ontwikkeld, waarbij de motor nu als het ware aan een onzichtbare haak is opgehangen en op die manier continue wordt gestabiliseerd.

Voordeel van dit systeem is dat de vering comfortabeler aanvoelt, maar daar staat tegenover dat je minder feedback van de banden krijgt. Niet dat je dat op straat als een belemmering zult voelen, de Ninja H2 SX is te allen tijde met speels gemak van richting te veranderen en stuurt echt vele malen lichter dan z’n voorkomen doet vermoeden. Deels heeft de Ninja H2 SX dat z’n compacte geometrie te danken, en dan met name z’n relatief korte wielbasis van 1.480 mm, maar ook de massacentralisatie heeft hier een rol gespeeld. Maar ook de rol van KECS (Kawasaki Electronic Controlled Suspension) mag zeker niet worden uitgevlakt, deze past zich namelijk automatisch aan de rijstijl aan. Hoe harder je rijdt, hoe stugger 'ie wordt, maar dus ook: hoe rustiger je rijdt, hoe zachter 'ie wordt en zachte vering helpt een motor gemakkelijk van richting te veranderen. Via de Launch Control uit de startblokken schietend, waarbij het voorwiel netjes boven het asfalt zweeft, voelt 'ie dan ook veel strakker aan dan wanneer je normaal aan het rijden bent. Die ene keer doen we dat uiteraard in Sport, maar het overgrote deel van de tijd verkiezen we op straat de Road-modus, omdat de vering dan ook soepeler aanspreekt.

Zodra de wielen rollen is het in normaal tempo in de Road-modus net alsof de helft van het 267 kilo rijklare gewicht van z’n schouders valt, maar eenmaal op het TT-circuit gearriveerd waar onze vaste man op het circuit Ron het stokje van mij overneemt blijkt ook hij zeer onder de indruk van de het rijgemak van de H2 SX SE te zijn, ondanks dat de vering met de rijmodus in Sport-stand nu veel stugger reageert. Ergens ook logisch, de KECS (Kawasaki Electronic Controlled Suspension) heeft de demping van de vering op het tempo van Ron aangepast, los van het feit dat 'ie in de Sport-modus al stugger is. Het eerste dat Ron opmerkt is hoe verrassend vlotjes de sessie met de Ninja H2 SX ging, ondanks dat het geen lichtvoetige supersport motor is. Snappen we wel, je zult er maar worden uitgereden door een slagschip als ditDat ze op circuit nog geen motorfietsen met de typische supercharger sound zijn gewend blijkt al snel als ronde na ronde bij elke passage van start/finish het aantal hoofden die over de pitmuur de baan op kijken en het aantal mensen aan de balustrade boven op het pitboxen complex blijft groeien. 

“Het hoge kenmerkende geluid werkt als een lokroep voor de aanwezige petrolheads en als je dan aan je rempunt het gas dicht draait en vol remmend snel terugschakelt om ook zo optimaal mogelijk op de motor af te remmen dan ontstaat er een typische fluittoon die als muziek over het Asser circuit klinkt”, aldus Ron. Jacco, onze fotograaf van dienst die zich in de pitlane ter hoogte van de GT bocht had opgesteld, zei de H2 al aan te horen komen blazen, voordat Ron al vliegend door de Ramshoek in zijn vizier kwam, gevolgd door een fantastisch fluitconcert waar Berdien Stenberg jaloers op zou zijn, dat door de echo van Winterdijk en GT tribune nog wat extra werd versterkt terwijl hij laat remmend de snelheid uit de Kawasaki haalde voor een vlotte GT passage.

Want vlot ging het wel, de Ninja H2 SX heeft een enorm koppel dat al beschikbaar is vanaf een laag toerental en heel mooi lineair oploopt zonder de noemenswaardige schop onder je kont zodra de supercharger wordt geactiveerd en ook zonder noemenswaardig eindschot. “De power komt er dus mooi en gelijkmatig in en het heeft dan ook weinig zin om de motor tot in de hoogste regionen En dat met hetzelfde gemak als dat je er op straat een toerke mee doette jagen waar de toerenbegrenzer zijn werk vakkundig doet, met wat eerder schakelen en soms zelfs een versnelling hoger is er geen gebrek aan trekkracht”, zegt Ron.

“Natuurlijk blijft het accelereren met zo’n supercharger indrukwekkend en je kunt er menig superbike mee bijhouden, maar het totaal gewicht van motor en rijder (yep, het was de eerste sessie na een zware lunch) vergt op circuit wel enige gewenning en aanpassing. Daar waar je op acceleratie nog goed mee kunt komen, zul je toch echt wat eerder in de Brembo ankers moeten, die hun werk overigens voortreffelijk doen, en is de bochtensnelheid en bijbehorende hellingshoek vanzelfsprekend ook wat lager.”

“De grondspeling van de voetsteunen is daarentegen verrassend hoog, dus als je daarmee je initialen in het asfalt aan het graveren bent dan heb je de motor al behoorlijk op een oor liggen. Dat op een oor leggen verloopt ook heel vlotjes, zelfs een stuk makkelijker dan ik had gedacht. Ik was niet de beste leerling bij natuurkunde (bij geen enkel vak trouwens…) maar volgens de wetten der natuur wil een motorfiets het liefste rechtdoor gaan, zeker als het geen lichtgewichtje is en er geen al te steile balhoofdshoek is toegepast. Maar de Ninja H2 SX laat zich heel makkelijk en stabiel(!) van richting veranderen, enkel bij het kort achter elkaar omgooien van rechtsnaar links en dan weer naar rechts in de Geert Timmer chicane vergt dit wat extra kracht en overtuiging. Deze extra krachtsinspanning wordt dan weer gecompenseerd doordat de uitstekende windbescherming en de comfortabele zithouding er voor zorgt dat je verder niet te snel vermoeid raakt terwijl je toch in een rap tempo alweer een rondje TT-circuit hebt afgeragd.”