Zoeken

Test: Yamaha MT-10 SP

Toveren met vering

20 maart 2017

Naarmate we verder reizen en opnieuw van de ene in de andere verbazing vallen wordt het toch eens tijd wat te gaan uitproberen. Om te beginnen de powermodes, die zoals bekend in drie standen worden ingesteld waarbij de middelste de meest ‘normale’ is. 1 Is sportief, 3 is soepel, bijna soft. Werkt direct prima en opnieuw blijft onze voorkeur bij stand twee hangen. Wel directe respons, geen bijten. Denk dat ik hier best wel zou kunnen wennenHetzelfde geldt voor de tractiecontrole: 3 is de regenstand, 1 de meest sportieve en dan kan het ook nog eens uit. Nergens voor nodig, want inmiddels staat de tractiecontrole veel meer dan genoeg wheelies toe om je nergens druk om te hoeven maken. Verder is het zomer en heet hier, dus na wat proberen gaat de knop naar standje 1 en laten we het zo.

Maar dan komen we in Harry Potter land en gaan we toveren met de vering. Laten we vooropstellen dat we dit graag (en liefst snel) nog eens opnieuw doen, de keuze is gewoon té groot. Speciaal voor de test had de Öhlins specialist de manuele settingen redelijk wijd uiteen geprogrammeerd zodat we het verschil goed op kunnen merken. Daar heeft hij een punt mee gehad, want het is inderdaad alsof je met een druk op de knop een pitstop hebt gemaakt, je vering-tech flink met schroevendraaiers en inbussleutels in de weer is geweest en je weer de baan op bent. Nogal een verschil… daar zien we de voordelen wel van. En het zijn allemaal vaste waarden, dus dat is één op één vergelijkbaar met een conventioneel instelbare vork/schokbreker. De semi automatische settingen zijn waar het echt om gaat. Na BMW, Aprilia, Ducati en KTM is het nu aan Yamaha om hiermee in de schijnwerpers te treden en dat doen ze met verve. Sterker nog, op het asfalt dat Zuid-Afrika ons voorschotelt kiezen we nagenoeg allemaal voor de A2-setting, wat op papier toch echt de sófte stand is. Is die in de praktijk dan ook soft? Nee, het is juist precies goed. Stand A1, de sportieve variant, reageert net even wat scherper en laat je dat ook net even wat beter voelen. Het verschil tussen een mooi sportieve wegligging en ‘standje plankhard’.
De stoppers zijn hetzelfde als de standaard MT-10, maar toch voelt 't anders. Anno 2017 standaard: de quickshifter

Vroeger zag je zoiets alleen in Italië. Het kontje blijft wel vrij basic
Maar wel nog steeds met toegevoegde bonus van het snel reageren op de omstandigheden. Het is lastig omschrijven, maar een stuk makkelijker om te vergelijken met andere semi-actieve systemen en dan heeft Yamaha toch echt wel wat goeds in handen.

Terwijl we ons blijven verbazen over de vergezichten –het is nogal een groot land- telkens als we weer over een heuvelrug komen en ons in het volgende schilderij storten, ligt het tempo hoog. Flink hoog. Toch maakt het nauwelijks uit, want het kleine schermpje is genoeg om de wind op een aangename manier van de helm te leiden. En elke keer opnieuw is het een genot om de crossplane viercilinder te horen janken. Het moet harder, want wat heb je aan een motor die het best klinkt en voelt bij volle acceleratie als je er mee op een vast tempo blijft rijden? Bovendien smeekt de quickshifter er ook om gebruikt te worden. De baas eens voorstellen om Motorfreaks.za te beginnenBij terugschakelen krijgen we hulp van de slip/assist koppeling die het werk nog even wat eenvoudiger maakt. En niet te vergeten de remmen: was dat op de standaardfiets nog een klein puntje van kritiek, hoewel ze volgens de Japanners exact hetzelfde zijn, lijken ze nu al een stuk beter hun werk te doen. Merkbaar, want er zijn ook standaard MT’s aanwezig en we kunnen direct vergelijken. Dus wat ze gedaan hebben hebben ze gedaan, maar het werkt wél. Zelfs al zou het honderd procent op rekening van Öhlins komen, dan nog is het oké, want het werkt. En dat krijg je er dus zelfs zomaar voor niks bij. Enfin… denken we nu nog steeds dat de MT-10 SP ‘gewoon een MT met dure spulletjes’ is?