Zoeken

Test: Harley-Davidson Low Rider S

Screamin' Eagle

17 november 2016

Je zou het misschien niet denken (los van z’n naam die z’n achtergrond direct verraadt), maar de Low Rider S is afgeleid van de huidige Low Rider die sinds 2014 na vijf jaar afwezigheid weer deel uitmaakt van de Harley-Davidson Dyna familie en die op zijn beurt weer compleet anders was dan de Low Rider daarvoor die in 2009 uit productie werd genomen. Waar de 2009 Low Rider meer chopper dan cruiser was, kon de 2014 versie dankzij z’n vlakkere drag-type stuur al meer als badass boulevard cruiser worden gezien. Sinterklaas is vroeg dit jaarBij de 2016 Low Rider S is Harley-Davidson nog een stap verder gegaan door enerzijds de motor nog meerte strippen tot de essentie van motorrijden (veel verder strippen dan dit lijkt ons haast onmogelijk) en anderzijds alles wat bij de gewone Low Rider chroom is – en dat is bij Harley’s in het algemeen normaal gesproken best veel – te vervangen door mat- en hoogglanszwart, geaccentueerd door een goudkleurige striping, een goudkleurige logo op de tank en goudkleurige wielen. En dan is er zoals gezegd dat Screamin’ Eagle Twin Cam 110 motorblok, dat dankzij een Heavy Breather performance luchtfilter en Fat Bob style 2-in-2 uitlaatsysteem de boeken in is gegaan als de sterkste Harley-Davidson ooit. Natuurlijk, strikt genomen is de V-Rod Muscle 123 pk bij 8.250 toeren per minuut wat topvermogen betreft sterker, maar a) dat is een door Porsche ontwikkeld 60° V-Twin nep-Harley blok en b) dat blok heeft 1.250cc blok heeft maar 115 Nm aan koppel.

Het 156 Nm sterke koppel dat de Low Rider S al bij het belachelijk lage toerental van net 3.500 toeren per minuut naar het achterwiel overbrengt is op z’n zachtst gezegd nogal indrukwekkend. En dan druk ik me nog voorzichtig uit, hoe meer ik de Low Rider S op z’n staart trap, hoe groter de glimlach in m’n helm. Vergeet de V-Rod, vergeet zelfs de Ducati XDiavel, de enorme klappen die uit deze 1.801 cc Het is dat 'ie m'n broertje is, anders was ik 'm nu allang gepeerdV-Twin komen zijn ongekend.  Hebben die stomme Amerikanen toch weer gelijk, dat er niets boven cilinderinhoud gaat. Hoe de fiets zich werkelijk houdt ten opzichte van de V-Rod en de XDiavel, daarvoor zouden ze tegenover elkaar op de dragstrip moeten staan (hebben wij weer een legitiem excuus en onder het motto ‘nu we toch bezig zijn’ nemen we dan meteen de Suzuki Intruder M1800RZ mee), maar ik kan nu al zeggen welke fiets de meeste beleving geeft, dat is met afstand deze Low Rider S. Omdat het een Harley-Davidson in hart en nieren is en omdat muscle-bikes, muscle-cars en dragracen Amerikanen in de genen zit.

Echte motoren

“Zo, laten ze jou tegenwoordig échte motoren testen,” grapt m’n broer als ik hem met een bezoek op de Low Rider S verras. Nu heeft hij wat motoren betreft altijd al een andere smaak dan ik gehad, van jongs af aan zat bij hem de voorliefde voor dat Amerikaanse merk uit Milwaukee er al dik in. Waar zijn motorcarrière met een CB750F begon, om na enkele jaren GL1200 Gold Wing begin jaren ‘90 zijn allereerste Harley-Davidson Softail Heritage Classic te kopen, stroomde er in die tijd groen bloed door m’n aderen en kon het voor mij nooit sportief genoeg zijn. Toch zijn we nu allebei razend enthousiast, ik omdat ik inmiddels verslaafd ben geraakt aan het badass motherf#cker karakter van de Low Rider S en hij omdat ‘ie zo’n übervette uitstraling heeft. Om meteen helm, jas en Ik zie me hiermee wel naar de Algarve knallen, alleen... hoe leg ik dat thuis uit?laarzen tevoorschijn te toveren en er met de Low Rider S vandoor te gaan.

“Wat een supergaaf ding,” is z’n eerste reactie als ‘ie na ruim een uur weer terug is gekeerd. “Je hebt geen woord teveel gezegd, dit is met recht een badass motherf#cker. De power is ongekend, net als de remmen trouwens. Heel anders dan de Harley’s die ik heb gehad, waar de remkracht werd bepaald door de kracht waarmee je de laarzen tegen het asfalt drukte. En dan het geluid, hij is weliswaar stiller dan mijn oude Harley’s, maar daar had ik ook open pijpen onder geschroefd en dat is eigenlijk geen eerlijk vergelijk. Bovendien, als ik eerlijk ben, is dit veel beter. Hij klinkt nog steeds onmiskenbaar als een echte Harley, maar dan op een minder asociale manier. Eerlijk gezegd werd ik als ik de hele dag op de motor zat, zoals tijdens onze vakanties naar Portugal en Tsjechië, soms best wel gek van die herrie.”