IOMTT 2025: Dunlop masterclass in Supertwin TT Race 2

De derde en laatste race van de dag begon om 18.00 uur in de avondzon over de geplande afstand van drie ronden. Als 4e gestart had Dunlop bij Glen Helen al drie seconden voorsprong op Davey Todd, met Adam McLean (Flitwick Motorcycles/SMV Yamaha) op een sterke derde plaats. 

Rob Hodson (SMT Racing Paton) schoof op naar de vierde plaats, voor Dominic Herbertson (melbray Racing Paton) en Mike Browne (KMR/Jack Reid Cars Kawasaki), maar de nummer twee van de eerste race, Michael Evans (Dafabet Racing Kawasaki), moest opgeven en stopte bij Glen Helen.

Bij Ballaugh had Dunlop zijn voorsprong met nog eens twee seconden vergroot, terwijl Browne McLean had ingehaald, met een verschil van slechts driekwart seconde tussen de twee. Hodson en Herbertson haalden hen echter allebei in, met slechts vijf seconden verschil tussen de derde en zesde plaats.

Bij Ramsey had Dunlop zijn voorsprong uitgebreid tot negen seconden, maar Hodson was tot op twee tienden van een seconde van Todd genaderd, terwijl Browne Herbertson voorbij was gegaan en nu op de vierde plaats lag. De twee slechts een seconde van elkaar gescheiden, met McLean nog steeds goed in de buurt op de zesde plaats.

Dunlop bouwde zijn voorsprong bij elk tijdpunt verder uit en met een openingsronde van 121,664 mph had hij een voorsprong van 12 seconden op Todd (120,361 mph) voor de verplichte pitstop. Hodson (119,684 mph) lag 6,3 seconden achter Todd, maar tussen de derde en zesde plaats zat slechts 2,5 seconde verschil, met Browne (119,642 mph), Herbertson (119,503 mph) en McLean (119,436 mph) op de hielen van Hodson.

De als eerste gestarte Paul Jordan (Jackson Racing powered by Prosper2 Aprilia), Barry Furber (DC Motorcycles Newtown Yamaha), Michael Rutter (Bathams AJN Racing Yamaha) en Joe Yeardsley (Scott Racing Aprilia) maakten de top tien compleet na de eerste 37 en driekwart mijl.

Van alle toprijders had Dunlop de allerslechtste pitstop en verloor zes seconden op Todd, maar wist een deel daarvan terug te winnen op het negen mijl lange stuk naar Glen Helen, waardoor zijn voorsprong weer 9,5 seconden bedroeg. 

Hodson kende ook een goede start van de tweede ronde, met een voorsprong van 4,4 seconden op de vierde plaats, maar er was nog steeds weinig verschil tussen de vierde en zesde plaats, waar de volgorde nu Herbertson, McLean en Browne was.

Een nieuwe beste sectortijd van Glen Helen naar Ballaugh hielp Dunlop zijn voorsprong op Todd uit te bouwen tot 12,1 seconden. Dunlop bleef verder uitkopen, bij de Ramsey Hairpin lag hij 14,6 seconden voor, terwijl Hodson zijn greep op de derde en laatste podiumplaats verstevigde. 

Herbertson lag nog steeds op de vierde plaats, maar Browne had McLean inmiddels ingehaald voor de vijfde plaats. Hodsons hoop op een tweede podiumplaats werd echter de bodem ingeslagen toen hij kort daarna, net na de Gooseneck, moest opgeven, dat gaf de derde plaats in handen van Herbertson

Bij het ingaan van de laatste ronde lag Dunlop 14,5 seconden voor, terwijl Todd eveneens comfortabel op de tweede plaats lag. Zijn voorsprong op de Herbertson bedroeg 17,4 seconden. Herbertson had op zijn beurt nog werk te doen, want zijn voorsprong op Browne was slechts 3,8 seconden, met McLean slechts 1,6 seconden verderop op de vijfde plaats.

Dunlop zette opnieuw een nieuwe sectortijd neer van de Grandstand naar Glen Helen. Herbertson genoot ook van de eerste negen mijl van de laatste ronde, waarin hij 6,5 seconden voorsprong nam op Browne. De plaatsen vier tot en met zeven waren nog voor iedereen te behalen, met slechts 3,9 seconden verschil tussen Browne, McLean, Jordan en Furber.

Dunlop reed op het tempo van het ronderecord en nam Jordan mee op de weg en daarmee ook op het klassement. Een laatste ronde van 123,056 mph hielp Dunlop een nieuw ronderecord te vestigen en zijn 33e TT-overwinning te behalen, met een eindmarge van 26,775 seconden op Todd.

De strijd om de laatste podiumplaats ging tot aan de finish, maar Jordans moedige poging was net niet genoeg: hij kwam drie seconden tekort op Herbertson (121,370 mph), die zijn tweede TT-podiumplaats behaalde. 

Jordan (121,899 mph) moest genoegen nemen met de vierde plaats, voor Browne (120,791 mph) en McLean (120,397 mph), terwijl Furber (120,347 mph) ook zijn eerste Supertwin-ronde van meer dan 120 mph neerzette en als zevende eindigde. Yeardsley, Michal Dokoupil (Indi Racing Aprilia) en Michael Sweeney (MSR Racing Aprilia) maakten de top tien compleet.