Interview: Roelof Thijs
Pagina 4
Inhoudsopgave |
---|
Interview: Roelof Thijs |
Pagina 2 |
Pagina 3 |
Pagina 4 |
Pagina 5 |
IJsspeedway, meer dan alleen racen
In het gesprek met Roelof Thijs wordt al snel duidelijk dat ijsracen meer is dan rondjes racen op een ijsbaan. Vooral in de hoogtijdagen van Thijs, waarbij de scheiding tussen Oost en West in het dagelijkse leven toch ook wel te merken was, speelde zich veel af buiten de baan. De Sovjet Unie was het Mekka voor de ijsspeedway en Thijs kwam daar als enige Nederlander dapper naar toe om zijn races te rijden. Toch merkte hij niet veel van de Koude Oorlog. Om te zeggen dat hij genoot van zijn verblijf, dat gaat net te ver, maar hij ondervond het nooit als hinderlijk. Daarnaast bood de Sovjet Unie hem mogelijkheden om te trainen waarvan hij in Nederland enkel kon dromen.
Als je je daar als toerist netjes aan de regels houdt, heb je geen enkel probleem. Als je je niet bemoeit met de mensen, heb je nergens last van. Je gaat van hotel naar het stadion en terug. Het was er wel anders, dat merkte je wel. Die Russen hebben op grote meren de mogelijkheid om te testen. Ik heb ook wel eens geprobeerd om op zo'n meer te kijken hoe hard een motor loopt. Je verwisselt wat tandwielen en haalt dan 200 kilometer per uur, maar daar heb je niks aan. Op een ijsspeedwaybaan haal je dat toch nooit, maar het is mooi om een keer te kunnen proberen!
Toch werd er wel over en weer geintimideerd. Dat was een gegeven, dat hoorde bij de sport. Er gebeurde dingen die je niet verwacht op een wereldkampioen- schap. De Oost en West kampen speelden onderling zeker spelletjes. Achteraf wellicht een charme van de sport in die tijd. Zo moest Roelof Thijs ooit met zijn motor van Frankfurt naar een wedstrijd in Rusland. Thijs had de wedstrijd in Frankfurt gewonnen en geheel toevallig kwam de motor te laat aan in het Russische paddock.
In Frankfurt liep de motor eigenlijk al kapot, maar ik had in Rusland niet de tijd en mogelijkheid om de motor te repareren. Met de reservefiets die lang niet snel genoeg was heb ik een Zweed aan de titel geholpen. Zo wonnen de Russen niet, niet dat ze vijanden van me waren, maar we hielpen graag andere landen tegen de Russische overmacht. Dat is ook een spel natuurlijk, het is meer dan alleen gek rond rijden. Zo heb ik ook Duitsers kampioen gemaakt. De Russen hebben zes man die allemaal kampioen kunnen worden. Dan is het mooi om Duitsers of Zweden te kunnen helpen aan een titel. Het is ook goed voor de sport dat dat zo nu en dan gebeurt. Een motor die niet op tijd komt of te laat van het hotel gehaald worden, dat waren hun spelletjes. Dat is in ieder geval een teken dat de Russen bang voor je zijn.
![]() |
Een blik op de prijzen van Roelof Thijs is al vrij intimiderend. |
En ook in de kleedkamers ging het intimideren rustig verder. IJsspeedways zijn niet alleen zeer spectaculair, maar ook enorme "mindgames". Alles wat de coureurs doen, wordt voorafgegaan aan een flink portie denkwerk. De kleedkamer was een van de sterkste punten van Roelof Thijs.
Ik was altijd bruin en had een goede, sterke body. Dan waren de Russen al bang voor me. Als ik wat aanpakte dan spande ik een paar keer flink die spieren aan, dan hadden ze een gevoel wat ik in mijn jonge jaren ook had. Je staat daar met je 80 kilo tegenover 55 van je tegenstanders. 'Oei, daar moet ik maar geen ruzie mee krijgen'.
En het intimideren ging ook wel eens gepaard met flinke woordenwisselingen tussen coureurs. Daarom liet Thijs zijn vrouw rustig op de tribune plaatsnemen en nooit in het paddock komen. Coureurs moeten lekker hun eigen gang kunnen gaan en niet iemand naast zich hebben die zich er mee gaat bemoeien. Adviezen had Thijs dan ook niet nodig. Ervaring leerde dat dat alleen verkeerd kon gaan.
'Pas op, daar zit een gat, rustig aan doen.' Nee, helemaal niet, daar zit er eentje, pak hem even van een andere hoek. Ik heb ook wel eens meegemaakt dat ze zeiden dat ik kalm aan moest doen dat en vervolgens te voorzichtig reed, door het gat en onderuit ging. En als ik vol gas had gereden, had ik er niks van vernomen.
Een sport die ook gepaard gaat met de nodige gevaren. Valpartijen met motoren met banden die met vlijmscherpe "spikes" zijn uitgerust zijn, willen nog wel eens voor problemen zorgen. Zo werd de Rus Anatoli Gladisjev tijdens de WK finale races in Moskou overreden door Walter Wartbichel en overleed hij aan zijn verwondingen. Ook Roelof Thijs ontkwam niet aan blessures. Het aantal hechtingen dat Thijs tijdens zijn carrière gekregen heeft is meer dan een complete woonwijk in een jaar bij elkaar verzamelt. Ook botbreuken kwamen meer dan eens voor, en tijd om bij te komen was er niet. Het ijsspeedwayseizoen was maar kort en er moest wel geld op tafel komen!
Handen breken, armen en benen breken, hoort er bij. Een paar weken rust, tapen en rijden! Ik heb veel pijn gehad, maar ik heb nooit stilgestaan bij dat soort dingen. Op donderdag moest ik de krukken aan de kant leggen, stapte ik met hechtingen nog in m'n benen op en zondags gingen we weer hard. Dan halen ze die hechtingen na de wedstrijd maar uit m'n been.
Niet aanstellen, maar doorgaan en het publiek vermaken. Als je niet kan winnen, dan moet er maar wat anders gebeuren om het publiek enthousiast te krijgen. Thijs is de eerste die toegeeft dat hij wel eens punten heeft laten schieten in ruil voor enthousiast publiek. Want wat is er nou mooier dan duizenden mensen die uit hun dak gaan vanwege een show die je ze geeft?
Ik deed veel voor het publiek, als ik mooi tweede was of derde, dan was ik ook tevreden. Ik heb liever spektakel en de mensen op de tribunes. Een achterstand van een wiel, betekent dat je een goede tweede bent. Mensen willen dat zien. Rossi-stijl. Ik trok nooit een wheely, behalve in een race.
De Rossi van de ijsspeedways, zo kunnen we Roelof Thijs zien. Als het om rijstijl en showelementen gaat in ieder geval. De prijzenkast en de portemonnee van de Italiaanse MotoGP ster zullen waarschijnlijk iets beter gevuld zijn.