Test: Harley-Davidson Nightster

"De Nightster is een instrument van expressie en verkenning, ondersteund door prestaties", waren de woorden van Jochen Zeitz, Chairman, President en CEO van Harley-Davidson, drie maanden geleden toen de motor online aan het grote publiek werd gepresenteerd. "Door voort te bouwen op de 65-jarige Sportster-erfenis, biedt de Nightster een canvas voor creativiteit en personalisatie, en biedt hij het ultieme platform voor maatwerk en expressie voor nieuwe en bestaande rijders." Mooie woorden die ik heel goed begrijp als ik bij Big Rivers in Heteren Stuurt echt supergemakkelijk, maar ik vrees dat dit wel ten koste van m'n schoenen gaat zooog in oog met de nieuwe Nightster sta. Qua design valt er verdomd weinig op de motor af te dingen, en tegelijkertijd is ‘ie zo minimalistisch gebouwd dat custom-builders d’r best gelukkig mee zullen zijn: mogelijkheden genoeg om ‘m helemaal te personaliseren. 

Hoe oogstrelend het design ook mag zijn wanneer je ‘m van een afstandje bekijkt, net als bij de vorig jaar gelanceerde Sportster S bekruipt mij het gevoel dat de Amerikanen alleen aan de rechterzijde oog voor detail hebben gehad. De rechterzijde oogt strak en perfect afgewerkt, met als blikvanger de nieuwe Revolution Max 975T V-twin, die een topvermogen van 90 pk bij 7.500 tpm en een maximum koppel van 95 Nm bij 5.000 tpm uit een cilinderinhoud van… inderdaad, 975cc haalt. Het enige dat wat netter had gekund is sinds Euro5 verplichte tweede lambdasonde achter de katalysator, die als lelijke puist aan de binnenzijde boven het uitlaatsysteem uitsteekt. Had daar geen nettere oplossing voor kunnen worden bedacht? 

De strakke rechterkant van de Nightster staat in schril contrast met de linkerzijde van de fiets, die bij de ontwerpers overduidelijk minder prioriteit heeft gehad. De plastic kappen waarachter de cilinders schuil gaan, de verdelerkap van de ontsteking, de slangen van de vloeistofkoeling en de wirwar aan kabels achter de radiateur, het verdient allemaal niet de schoonheidsprijs. Ergens verbaast het ons echter niets, bij de Sportster S vorig jaar was dat van hetzelfde laken een pak en door de lage bouw is de standaardzijde de kant die het minst opvalt. Anders gezegd: als je dan toch kabels en Stevige bouten aantrekken is dus wel aan te bevelenonderdelen ergens kwijt moet raken, dan maar aan de kant die het minst in het oog springt. 

Dat de Nightster inderdaad echt supertoegankelijk is zoals Harley-Davidson beweert blijkt meteen als op het comfortabele zadel wordt plaatsgenomen. Niet alleen heeft het een heerlijk lage zithoogte van slechts 698 mm, maar bovendien biedt het ondanks de kuilvorm ruimte om je te verplaatsen: centraal, dicht tegen de tank of je kont zo ver mogelijk naar achteren tegen het opstaande randje gedrukt. Die laatste houding heeft mijn voorkeur, de afstand naar het stuur is dan weliswaar het verst, maar het geeft je wel de bruutste zithouding. Voor het perfecte plaatje hadden de voetsteunen nog net effe wat verder naar voren mogen zitten, maar zoals ze nu zitten is ook zeer goed te leven. 

Het minimalisme van het design is ook terug te vinden in de enkele ronde teller met analoge snelheidsmeter en ingebouwd klein LCD-display, waar ondanks klein van formaat toch de nodig informatie uit af te lezen is, waaronder de brandstofvoorraad en gekozen rijmodus. Het minimalisme zie je ook terug bij de armatuur links en rechts op het stuur, links kan door het menu worden gebladerd en rechts kan de rijmodus en mate van tractiecontrole worden ingesteld.