Zoeken

Test: VOGE 500R en 500DS

Wind en regen

11 mei 2020

Ik begin deze eerste kennismaking met de 500R, die ondanks kou, hier en daar een bui en bemodderde kletsnatte wegen vanaf de eerste meters erg vertrouwd aanvoelt. Beetje ehh… het Hondagevoel, opstappen en wegrijden. Wat niet alles over de 500R, maar ook over Pirelli Angel ST banden zegt waarmee zowel de R als DS standaard zijn uitgerust. Da’s nog eens andere koek dan KTM Serieus, een half uur geleden was hier nog alles zeiknatdat z’n in China geproduceerde 790 modellen standaard van Chinees rubber heeft voorzien, om maar eens een vergelijk te trekken. 

De zit is lekker sportief, voetsteunen en stuur zitten precies waar je ze bij een sportieve naked verwachten mag. Vanuit het zadel heb je zicht op een klein LCD scherm dat wel wat van het scherm van de CB500 wegheeft, met dat verschil dat VOGE onder het display een USB aansluiting heeft voorzien. Genoeg ‘premium’ motoren waar voor zoiets nog eens extra de knip kunt trekken, maar zo dus niet bij VOGE. Nog zo’n premium dingetje: een instelbare rem- en koppelingshendel. Nu is dat eerste bij de meeste motoren wel het geval, maar een instelbaar koppelingshendel is bij een kabelkoppeling bij de meeste merken nog een zeldzaamheid. 

Ondanks dat VOGE geen slip-assist koppeling heeft toegepast voelt deze allesbehalve zwaar, bovendien laat de bak zich zo soepel schakelen dat je buiten stilstand niet hoeft te ontkoppelen: zowel op- als terugschakelen gaat de bak zonder koppeling prima af. En dat is niet het enige wat me aangenaam verrast: de 471cc paralleltwin voelt veel sterker dan het papieren vermogen van 46,2 pk doet vermoeden. VOGE geeft de 500R op voor een topsnelheid van 160 km/u en dat is tegenwoordig zelfs op snelwegen hard genoeg om je rijbewijs voor in te mogen leveren. Het blok pakt van onderuit goed op, bouwt z’n vermogen lineair op en voelt over de hele linie sterk aan (voor zover een 471cc 46,2 pk fiets sterk aan kan voelen natuurlijk), waardoor een versnelling te hoog niet direct wordt afgestraft. 

De vering voelt redelijk sportief aan, maar dan zonder dat het oncomfortabel wordt. Denk dat ik ’t hier best de hele dag op vol zou kunnen houden, ondanks het frisse weer. Denk trouwens ook dat ’t niet de laatste keer is geweest dat we naar de Opaalkust zijn afgereisd, wat een ontzettend mooi stukje onbekend Frankrijk is dit. Moesten we als de lockdowns zijn opgeheven maar eens vaker
Hoe moeilijk kan het zijn: instelbaar koppelingshendel. Nissin remmen met Bosch ABS geeft geen reden tot klagen

Geluid is niet het sterkste punt, maar 't blok loopt verder wel mooi. Zou je niet zeggen dat 't maar 34,5 kW is

Op de DS zit je duidelijk meer opgesloten, maar na een half uurtje ben je daar wel aan gewend
naar toe gaan, maar dat even terzijde. De Nissin remmen zijn goed op hun taken berust en weten de 500R tijdig tot stilstand te krijgen, waarbij hard ankeren niet in een doorslaande voorvork resulteert, ook niet bij de 500DS waar even later op wordt overgestapt. Minstens zo prettig is ook de feedback die je zowel op de R als de DS van de Nissin remmen krijgt, met dank aan de stalen remleidingen waarmee beide modellen standaard zijn uitgerust.

“Wacht maar tot je op de 500DS bent overgestapt, persoonlijk vind ik die de fijnste van de twee”, weet mijn Belgische collega Thierry Sarasyn me te vertellen die al beide motoren heeft gehad. Als ik tijdens de fotoshoot voor het eerst op de 500DS plaatsneem deel ik die mening absoluut niet, omdat de zit voelt alsof je in een kuil bent gaan zitten (en dus niet over het zadel naar voren of achteren kunt schuiven), maar tijdens de trip daarna raakt dat snel gewend en weet ik na een half uur rijden al niet beter meer en begin ik meer en meer begrijpen waarom dit de favoriet van Thierry is. De combinatie van een hogere zit en een breder stuur maakt dat de 500DS én veel comfortabeler zit én veel gemakkelijker van richting te veranderen is. Tel daar de betere bescherming tegen de elementen bij op door kuip en ruit en je snapt meteen waarom dit de beste keus is voor wie op en neer naar St. Tropez (wanneer ’t weer mag) moet gaan, of gewoon elke dag woon/werk.