Zoeken

Vergelijk: Aprilia RSV4 versus Ducati Panigale V4

De ultieme Superbike

13 december 2018

Tot nu toe was er maar één ultieme V4 Superbike. Of nou oké, als we de RC30 niet meetellen dan. Maar dé V4 van nu, dat is natuurlijk de RSV4 van Aprilia. Dat hebben we al een aantal keer eerder gezegd en bewezen, Aprilia is de V4 heerser van het moment. Maar dat hoeft natuurlijk niet altijd Oldskool heet dat, kindersmaar zo te blijven. Nieuwe kapers op de kust, nieuwe ontwikkelingen, jonge honden stekende oude koning naar de kroon. En misschien kun je, als je tenminste een klein beetje door de vingers ziet, de R1 daar ook bij rekenen. Zo’n configuratie is dus in elk geval wel een goed idee. Maar wie komt er het beste mee weg?

Nou ligt de lat ook wel redelijk hoog voor de concurrentie, want als nieuweling zomaar een winnende machine neer te zetten terwijl de oude meester kan rekenen op een jarenlange voorsprong… ga er maar aan staan. Maar goed, er gebeurt tenminste wat. Dat wordt vuurwerk!

Voor zoiets als een vergelijkingstest tussen deze twee absolute kanonnen mag je ook wel een keertje vroeg je bed uit. En dus zit ik om acht uur ergens diep in Limburg aan een hoognodige cappuccino, te wachten op de directeur. Maar die eerste tweehonderd kilometer verliepen voorspoedig.

Nou is het niet uit de hemel komen vallen natuurlijk. Zowel de directeur als ik hebben inmiddels mogen ruiken aan het geweld van de Bolognezer V4 en zijn daar flink van onder de indruk geraakt. Dus brandde sindsdien ook nog maar één kwestie op ons netvlies (oké, beetje kromme beeldspraak, soit), te weten: hoe zou dit ding het doen tegenover de RSV? Hoeveel gehakt zou er gemaakt worden en hoeveel smeulende resten blijven er over? Het zou nog tot nu duren voordat we daar antwoord op zouden krijgen, maar nu is het tenminste ook zo ver. 

Als Ed eindelijk gearriveerd is, kunnen we gaan vergelijken. En dat begint al meteen goed. “Hoe de f*ck krijg je met dat ding de trip gereset man?’ Nou, dat is niet zo ingewikkeld, als je het eenmaal weet. Het gebeurt steeds vaker dat je toch beter even studeert op alle functionaliteit van de motor voordat je vertrekt. Dat rood van de Duc spreekt boekdelen. Totdat je 'm naast het net-nog-ietsje-feller van Aprilia zetVeel menu’s zijn tegenwoordig zó uitgebreid, dat je dat echt beter stilstaand in je achtertuin doet in plaats van met 240 op de linkerbaan. Of liever Linkerbahn, want dat doen we uiteraard alleen bij de buren. Anyway, paar knopjes later en het is gefikst. ‘Heb je nou opgelet?’ “Huh?” En door. Gelukkig had ik de RSV ook al een beetje uitgeplozen. Bovendien is de bediening gelijk aan die van de Tuono, dus nu kunnen we het wél goed doen. Zoals bijvoorbeeld ook de pitlimiter. Een primeurtje, behalve de Tuono nog nooit een motor gereden die dát had en vorige keer begrepen we het nog niet helemaal. Revanche dus en dames en heren: het wérkt. Vet kickuh dus. Je zou er eeh… de trajectcontrole mee kunnen doen, ware het niet dat het enkel in eerste versnelling werkt. Niet te verwarren met de Old Man stijl van EdOf je rijdt er mee je straat in of zo. Of het pad achterlangs, richting de schuur. Maar misschien is zestig dan wel weer een beetje enthousiast. Enfin, eerst vervelend doen bij het wegrijden en ’s avonds aan de bar lekker zeggen dat je een pitlimiter hebt. Dat zal ze leren!

Spoelen we door naar het eind. Het grootste verschil tussen een gewone Panigale en de V4 is dat er méér vermogen uit komt en je ook méér toeren moet draaien. Zelfs na deze test blijft het moeilijk daaraan te wennen, alhoewel dat ongetwijfeld wel zal lukken als je er langer mee mag rijden. Als je ‘m koopt, bijvoorbeeld. Alhoewel je nog steeds een knappe jongen moet zijn om dat dan ook daadwerkelijk te doén, want het gaat nogal vooruit. Dus doen wij het maar. Eeuwig jullie dienaar.

Oké… en een beetje omdat het kon. Met een doordeweekse en bovendien lege Duitse snelweg voor ons, moet ’t er gewoon van komen. Dus: oprit nemen, gas tegen de stuit en pas schakelen als het dashboard zegt dat het moet, tegen al je zintuigen in… en dat vijf keer totdat je ‘m dus in zesde versnelling hebt staan. 

Check… en we kunnen er kort over blijven: holy f*cking shit. Was het vroeger heel wat om een Hayabusa over de driehonderd te zien gaan, tegenwoordig doen we dat dus met ‘gewone’ supersports ook. En niet zo’n klein beetje, maar in recordtijd. Knipper een keer te langzaam en je hebt het gemist, want wat is dit a.so.ciaal krachtig en snel…. Holy fuck…. En dat nog een paar keer. De Panigale stelt je zintuigen absoluut op een nieuwe manier op proef.

Dat doe je een paar keer en dan is de lol er weer een beetje van af. Oké, toegegeven: een heel klein beetje, maar telkens moeten wachten op de rest van het gezelschap wordt ook een bekend gevoel. Totdat je na een tankstop weer de snelweg opdraait en het filmpje nog eens afspeelt. Tenminste, als er geen verkeer is. Je zult vanzelf een paar nieuwe zintuigen ontwikkelen, zicht ver vooruit is er één van.