Test: Supermotard vergelijkingstest
Test: Supermotard vergelijkingstest
Van het circuit.... We spreken eind jaren zeventig als iemand in de Verenigde Staten zich afvraagt wie nou de beste all-round coureur is en uit welke discipline die persoon zou komen. Zou het een crosser zijn, een wegrace coureur of misschien wel een "flat-track" coureur. Dat is het moment dat een compleet nieuwe dicipline zijn intrede doet. Een dicipline die in de beginjaren onder de naam Superbike door het leven ging en die zowel on- als off-road combineerde door te rijden op circuits die bestonden uit gedeeltelijk zand en gedeeltelijk asfalt. Motocross motoren bleken het best geschikt voor deze nieuwe tak van sport en met slechts weinig modificaties ten opzichte van die crosser kon een competatieve motor worden neergezet. De serie liep een aantal jaren maar stierf om een of andere reden langzaam een stille dood. Inmiddels was de raceklasse naar Europa komen overwaaien en daar waar het in het land van oorsprong steeds stiller werd, nam de populariteit in Europa van deze raceklasse juist toe. Het waren dan ook van oudsher met name de Europese crossmotorspecialisten die zich met speciale modellen op deze raceklasse gingen storten. Maar ondanks de groeiende populariteit bleven het motoren voor de liefhebbers. En dus slechts bekend in beperkte kring, in tegenstelling tot bijvoorbeeld het naked en supersport segment, die een enorme groei wisten door te maken.
...naar de openbare weg. Het is dan ook pas na de eeuwwisseling dat er langzaam maar zeker een kentering aan zit te komen. Een door fanatisme gedreven overheid opent de heksenjacht op hardrijders waarbij bijvoorbeeld weer die supersportrijders in de hoek zitten waar de klappen vallen. Probeer met een hedendaagse R1 nog maar eens 80 km/u te rijden en je begrijpt wat we bedoelen. Daarnaast was het diezelfde overheid die het "duurzaam veilig" project lanceerde, waarbij snelheden moesten worden verlaagd (80>60 en 50>30) en de wegen daarbij dusdanig moesten worden ingericht dat een verkeersdeelnemer logischerwijs niet harder dan die toegestane snelheid zouden rijden. Ofwel: pleur er maar een paar drempels in. Het was dan ook niet vreemd dat steeds meer fabrikanten uit een ander vaatje gingen tappen. Inspelen op de markt heet dat. Daar waar men eerst schoorvoetend de markt ging verkennen met nieuwe generaties all-roads (die in feite alleen nog maar voor geasfalteerde wegen geschikt zijn), heeft inmiddels elke zichzelf respecterende motorfietsfabrikant zo'n model leverbaar. En nu is de geschiedenis zich aan het herhalen voor wat betreft de Supermotards. Eerst schoorvoetend maar (met uitzondering van de groenen) hebben alle Japanners voor 2005 een Supermotard in hun modellengamma opgenomen. Dus werd het tijd om vijf kandidaten op een privé-terrein, als ook in de stad en op fraaie wegen binnendoor eens op hun kwaliteiten te beoordelen.
Tekst: Ed Smits
Fotografie: Vincent Burger, Robert-Jan Dijkman