Het verhaal achter de Moto Guzzi V7

In 1961 had het succes van de in 1957 geïntroduceerde in massa geproduceerde tweecilinder Fiat 500 een radicale inkrimping van de Italiaanse motorfietsmarkt veroorzaakt. Moto Guzzi, destijds de grootste motorfabrikant van Italië, reageerde op de teruggelopen verkoop door nieuwe markten te verkennen, van driewielige bestelwagens tot landbouwmachines tot… zelfs auto's. Zoals de Engelsen zeggen: “If you can’t beat them, joint them…”

Als aandrijfkracht voor een sportversie van de Fiat 500, die de 140 km/u moest kunnen halen, ontwierp Guzzi’s Chief Engineer Giulio Cesare Carcano een 703cc luchtgekoelde 90° V-twin met cardanaandrijving (natuurlijk: dit was voor een auto), goed voor een topvermogen van 40 pk - versus 22 pk voor de standaard 499 cc motor met 85 km/u topsnelheid.
Wat als... ze in Mandello del Lario wél de productieaantallen hadden kunnen draaien waar Fiat om vroeg? Zou de V7 dan hebben bestaan?

Na het Fiat debacle had Guzzi snel een alternatief gevonden voor de V-twin: de 3X3

De ministeriële aanbesteding van politiemotoren heeft aan de basis gestaan van het V7 succesverhaalHet was de bedoeling dat het blok achter in het chassis dwarsgeplaatst zou worden gemonteerd en zou worden gekoeld door een ventilator en externe luchtkanalen. 

Bij Fiat in Turijn waren ze laaiend enthousiast over de nieuwe motor en het management was bereid er aanzienlijke bestellingen voor te plaatsen. Maar de jaarlijkse aantallen die door Fiat werden gevraagd ging de Guzzi fabriek in Mandello del Lario de pet ver te boven, dus liep de overeenkomst op niets uit. Carcano was echter niet ontmoedigd: hij vergrootte de cilinderinhoud van de V-twin tot 754 cc om de 3X3 te creëren, een speciaal voertuig met variabele rupsbanden met driewielaandrijving, bestemd voor de Italiaanse Alpentroepen. Dezelfde motor vond daarnaast ook zijn weg naar een driewielige lichte vrachtwagen, de Motocarro.

Kort daarna werd een ministeriële aanbesteding uitgeschreven voor motorfietsen voor het Italiaanse Polizia Stradale, waarbij de winnende fiets 100.000 km moest kunnen afleggen tegen de laagste onderhoudskosten. Het was een ideale gelegenheid om eindelijk Carcano's tweecilinder 703cc prototype automotor in een motorfiets te monteren, om de Moto Guzzi V7 te creëren die de wedstrijd naar behoren won. De serieproductie begon in 1966 voor de Italiaanse politie, en het jaar daarop werd de V7 in Italië voor het gewone publiek leverbaar voor een prijs die betaalbaarder was dan z’n Duitse of Britse concurrenten. In 1969 werd deze machine vervangen door de krachtigere V7 Special met een grotere cilinderinhoud van 757cc. Ondertussen had het toen innovatieve ontwerp dat betrouwbaarheidsniveaus voor auto's combineerde met een hoge mate van comfort en mechanische eenvoud, ook de interesse gewekt van buitenlandse politiediensten, te beginnen met de Los Angeles Police Department LAPD in Californië.