Zoeken

Test: Dunlop Sportsmart TT

Gaatje over

26 maart 2018

Dunlop heeft een heleboel huiswerk gedaan. Dat doen ze altijd, maar soms moet je inspelen op een situatie die er eerder nog heel anders voor stond. Neem bijvoorbeeld de sportbanden en met name de hypersportsectie, die tussen 2012 en 2014 een heel duidelijke dalende lijn liet zien. Zelfs het profiel is uitgekiend, want het helpt vooral voor 'luchtkoeling'. Zeggen ze.Tegelijkertijd werd het aandeel toerbanden steeds groter en dat groeit nog tot op de dag van vandaag, terwijl tegen alle verwachtingen in de hypersportband ook weer aantrok en stijgende cijfers liet noteren.

Dan is dat segment ineens weer enorm interessant en moet daar dus ook iets mee gedaan worden. Nou heeft Dunlop op dat gebied al een redelijk groot aanbod, met banden die dankzij een steeds breder inzetgebied een flinke overlap hebben met types die als volgende stap worden gezien. En al is het inzetgebied op het niveau van de D213 misschien niet zo breed, ook daar doet de band alleen maar beter wat ‘ie moet doen. Maar goed, dat is dan ook een ‘straatlegale’ full race circuitband.

Wat ze wel merkten was een gaatje. Ergens tussen de ‘straatband die niet kapot gaat van een circuitsessie’ en de hierboven genoemde ‘slick met groeven voor de vorm’ was nog ruimte. Ruimte voor degene die weliswaar vaker op het circuit komt, maar niet exclusief. De straatrijder die heel graag regelmatig uitwaait tussen de curbstones. De een komt met een aanhangwagen, de ander met de motor. De band zelf van het type dat niet per se met bandenwarmers in het paddock staat, maar wel graag los kan, zonder moeite te krijgen met grip. Laten we zeggen – want dat doet Dunlop ook- de 50/50 band. Dat is de nieuwe Sportsmart TT.


Het coolste toerclubje dat je ooit zult zien. In het kielzog Bob Withag, op de R NineT zijn Belgische tegenhanger. En ondergetekende

Is het daarmee meteen de ultieme band voor zowel op de weg als op het circuit? Niet noodzakelijk, want je kunt niet zomaar alles tegelijk verbeteren, je zult compromissen moeten maken. Eenvoudig gezegd: meer grip is vaak evenveel minder levensduur en meer stabiliteit is minder flitsend sturen. Dat is Dunlop zich ook sterk bewust en geeft daarbij toe dat sommige van die compromissen heel duidelijk gemaakt zijn. De Sportsmart TT is dus nooit gemaakt om het langst van allen mee te gaan, dan heb je veel meer aan de Vier journalisten/coureurs, vier Ninja 400's. Wat denk jij dat er gebeurt?Sportsmart 2 Max. maar wat je er voor terugkrijgt is veel belangrijker. Bovendien zullen de beoogde TT rijders niet echt malen om levensduur, die gooien er liever een nieuw setje op als dat betekent dat ze daarmee wel maximaal kunnen knallen.

Toch is het niet alleen een band voor de supersports, wat Dunlop met het inzetten van roadsters en de kleine Ninja’s wil onderstrepen. Het is ook gewoon een heel goede straatband, die heel toevallig ook inzetbaar is op het circuit. Het gebeurt bij ons lang niet zo veel als in zuidelijke landen, zo weten ze ons te vertellen, maar het schijnt dus best normaal te zijn om met je RS of NineT af en toe een sessie of dagje mee te pakken. En al snappen we nu achteraf wel waarom, als je het combineert met een paar echte superbikes heb je nog een flinke kluif. Maar de wetenschap dat dezelfde band die een woeste 200 pk in het gareel houdt, ook gewoon werkt op de 45 pk die de Ninja, maakt het interessant. En dan hadden we het tot nu toe alleen nog maar over de grip op een droge baan, waar de banden Vergeet die band, dit is een race!heel mooi kunnen opwarmen. Aan de andere kant wel leuk voor ons en de organisatie van deze introductie, want we zijn sinds het begin de eerste groep die het droog houdt en daarmee het normale programma af kan werken. Maar waarom is dat een punt? Nou, omdat er een ding is waar de andere groepen wel heel erg veel op hebben kunnen letten: natte grip en lage temperaturen. Sowieso houdt nattigheid vanzelf wel lage temperaturen in, maar dan nog. Er zijn banden die bij droog weer waanzinnig zijn, maar bij nattigheid totaal niks meer doen. Zo niet dus de nieuwe TT, die houdt zich – zoals het een straatband betaamt- gewoon dik prima. En voor zover we zelf kunnen spreken; net voordat we met de kleine Kawa de baan op gaan, breekt ook vandaag de hemel even open. Koude banden, opdrogende baan (met plassen), bovendien ook nog een laag gewicht, S1000R, check. Volgende?dat staat wel garant voor kans op glibbers, niewaar? Nou… nee dus. Helemaal niks.

En dat is een van de sterke punten van deze nieuwe band: een relatief breed werkgebied (breder dan de GPRacer 212 en GP Pro 213) maar ook een heel korte opwarmtijd. En om dat zo goed mogelijk duidelijk te maken is de groep van vandaag onderverdeeld in kleinere groepen, die afwisselend het circuit op gaan. Inclusief twee groepen motoren, die ook nog eens afwisselend gebruikt worden. Dat betekent dus dat de motoren telkens drie kwartier afkoeltijd hebben voordat ze weer meteen vol aan de bak moeten. Bij de kleine Kawa’s is dat slechts een kwartiertje, maar de eerste natte sessie viel vlak na de lunch. Koud genoeg. Het resultaat: twee, drie bochten en klaar.