Zoeken

Vergelijk: Ducati Scrambler vs Kawasaki W800

Lone Ranger

5 januari 2017
Dilemma: je woont in een afgelegen Haciënda als Lone Ranger en hebt een trouwe metgezel Silver nodig. Wat kies je? Ga je dan voor de echte bewezen klassieker, of de jongere, hippere concurrent? Is hip überhaupt wel belangrijk?

Tekst: Vincent Burger
Fotografie: Target Press 

Nog voor de dageraad staat hij op. Een koude klets water over z’n kop als enige ontbijt. Buiten de slaapkamerdeur tilt z’n trouwe viervoeter even ter begroeting z’n kop op, om deze direct weer te laten zakken om verder te dromen. Zelfs voor hem is het nog te vroeg. Onze held kent het ritueel maar al te goed, het is dag na dag hetzelfde. The Good, Bad and UglyMaar hij weet waar hij het voor doet en dat geeft hem elke dag weer frisse moed. Het is armoe in deze regionen, armoe en keihard werken. Maar voor wie goed zijn best doet, is de beloning ook het mooist.

Het is niet dat hij het echt slecht heeft. In zijn Haciënda is hij heer en meester, hij behandelt zijn personeel eerlijk en vriendelijk, verdient eerlijk de kost en is een liefhebbende man, vader en baas. Keerzijde is alleen dat hij er dag in, dag uit voor het krieken van de dag weer uit moet en zijn ronde moet maken. Met de voor de zoveelste keer gerepareerde hak van zijn stevige maar half versleten rechterlaars trapt hij z’n stalen ros geroutineerd en in één beweging aan en samen gaan ze op pad.  Hoe trouw ook, het is een werktuig. Een stuk gereedschap. Een levensbehoefte. Maar tegelijkertijd ook zoveel meer: een koerier, een cupido, een ambulance, een samaritaan, Denk daar zelf maar de muziek van Ennio Morricone bijeen vloek, een zegen, een project, een droom, alles in één. En bovenal: ze hóren bij elkaar.

In deze uithoek ben je nergens zonder vervoer en geen vervoer zo goed als het terrein wat ‘ie aankan. Daarom blijft de vierwieler voor het zware werk, voor al het andere zijn twee wielen veel praktischer. En leuker, maar dat is een bijkomstigheid. Het gaat om wendbaarheid, lichtvoetigheid, eenvoud, betrouwbaarheid en soms een  beetje zuinigheid. Met twee wielen kom je nog eens ergens en over de uitgestrekte velden rondom het dorp is dit een zegen. Man en motor, meer is er niet. Wat maakt uiterlijk nou uit? Of vermogen? Alsof je daar iets aan hebt in deze omstreken. Je kunt het tóch niet kwijt, dus is het overbodig. Twee wielen, een eenvoudig blok, een zadel en een stuur. That’s it. dat is de essentie. Hier is het geen modestatement, hier rij je niet om te laten zien wie je bent, je rijdt gewoon. En hard werken of niet, geluk zit in de kleine dingen.

Retro

Retro is niet meer weg te denken uit het straatbeeld. Of het nou klassiekers zijn, shed built machines, nieuwe motoren gemaakt om te pimpen, dure designerfietsen of kant en klare fabrieks-classics, als het een beetje een retrosausje heeft wordt het omarmd. Waar deze beweging naartoe gaat en hoe Volgens mij ben ik hier vaker geweestlang het nog in beweging blijft weet niemand, maar op het moment hoor je er niet bij als je niet aanwezig bent bij Wheels & Waves, Glemseck of nog talloze andere meetings. Kun je nagaan, vijf jaar terug bestond Wheels & Waves niet eens, nu kent de hele wereld Biarritz. Zo hard kan het gaan.

De gang zit er dus wel in. Is ook wel begrijpelijk, want de scene is onwijs breed. Kortgezegd gaat het om alles wat twee wielen heeft, als er maar een laagje ‘cool’ overheen zit. Dus oude motoren zijn cool, eigen creativiteit is cool, sommige nieuwe motoren zijn cool. Sportmotoren zijn ook cool, maar dan moeten ze wel weer oud zijn. Wat dat betreft lijkt het wel alsof Ducati de definitie heeft gevonden, het originele Coca-cola recept zogezegd, want hun Scrambler raakt precies elke snaar. De motor is cool, laid back en heeft precies de juiste mix tussen oud en nieuw en daar gaat ’t precies om. Nou je 't zegt, komt erg bekend voor jaMet wat fantasie zou je kunnen stellen dat Ducati zich met de Scrambler precies pal in ’t midden heeft geplaatst.

Maar dan vergeten we natuurlijk nog wel wat. Neem bijvoorbeeld de Sportclassics van hetzelfde merk. Zelfde idee, geen succes. Wegens tegenvallende verkopen voor een halve knaak te koop en ook de productie werd snel gestopt. Moet je nu mee komen; als je er nog eentje kunt vinden heb je geluk, ze zijn rete populair. Maar goed, oud idee. Of een Triumph Bonneville, toch ook een soort kruising tussen oud en nieuw. Of… Kawasaki. Want we zouden bijna vergeten dat ook Kawa een knappe retrofiets heeft die precies volgens de juiste regels is gebouwd. Of liever, nóg echter, want waar Ducati nog hier en daar een vleugje nieuw toevoegt, is het bij de W800 – daar gaat het over- van voor naar achter echt en eerlijk. Dus staal en chroom waar plastic te simpel zou zijn. Het blok: volledig nieuw ontworpen en speciaal bedacht voor dit doel. En eveneens honderd procent eerlijk, koningsas en al. Da’s pas dapper.

Nou zijn de Scrambler en W800 dus wel enigszins tegenpolen, maar toch, ze dragen hetzelfde idee  uit: ouderwets veel plezier zonder daarvoor extreem te hoeven doen. Beide motoren zijn ideale onthaastfietsen. Hier wil je niet eens mee scheuren. Het kán wel, daar niet van, maar daar zijn ze niet voor bedoeld en dat dragen ze zo sterk uit dat het ook niet snel in je opkomt.

Retro versus funbike?

Nou is er wel een flink verschil in aanpak, de Duc is toch duidelijk meer ‘nieuw’ dan de Kawa, dus als je onderscheid wilt maken heb je het over eh.. iets als een Retro versus funbike? Of classic versus retro? Of nog iets anders, maar je snapt ‘t. De Duc is ‘een Scrambler zoals Ducati ‘m ook zou maken als ze nooit gestopt waren met maken’, de W800 is een oprechte ode aan vroeger tijden. Maar vergis je niet, dit is slechts een begin. De community die achter de W800 staat is zo mogelijk groter dan die van de Scrambler en met name in buitenlanden als Duitsland en Frankrijk is het eind echt zoek. Dat geldt ook voor de hoeveelheid accessoires en andere pimp spulletjes die verkrijgbaar zijn voor dit model, die de zo chique en gedeisd ogende standaardfiets kunnen omtoveren in ware custom pareltjes, van bling tot caféracer tot vuurspuwend monster. Wat dat betreft is het voor de Scrambler nog relatief kort dag en komen de meeste variaties uit de pen van de designers uit eigen huis (wel een waanzinnig idee om je platform mee te verbreden) of begaafde beroepsbouwers van over de wereld. Zou wel eens willen zien wat een Roland Sands maakt van een W800, of een Wrenchmonkees, Numbnut, Krugger of Deus. Zeker weten dat ’t waanzinnig worden kan. 

Zoals ‘ie is, is er anders niks mis mee. Het is een pracht van een klassieker –dus toch- met perfect uitgewerkte details. De ‘final edition’ kleurstelling doen daar nog eens een schepje bovenop, de W is standaard al helemaal af. En straalt zo’n onwijze hoeveelheid nostalgie uit, dat je je al half schaamt voor het feit dat je de verkeerde helm op zet. Dat soort dingen.  Rondom gloeilampen in plaats van led, schakelaars op het stuur die ook echt schakelen, chromen onderdelen waar je makkelijk tegenaan kunt lopen zonder dat er iets afbreekt, twee verschrikkelijk analoge tellers en ga zo maar door, het houdt niet op.

Verschil in aanpak

Dat vraagt dan ook om een andere aanpak en daar verschillende twee toch echt. Waar de Duc zich laat rijden als een gewone, moderne motor, vraagt de Kawa om een meer klassieke touch. De Scrambler is weliswaar veel retro show, qua go is het toch echt vooral een gewone hedendaagse fiets. Opstappen, aantrappen (zouden hier kickstarters voor bestaan eigenlijk?) en gaan. Vinden we leuk, lekker en vooral erg makkelijk, want het vraagt zo lekker weinig van ons. Willen we stoppen, grijpen we een handvol rem en de radiale vierzuiger zet je in no time stil. Zelfs met ABS, want stel je nou toch voor. Nee, dan de Kawa. Moeten we vaker doen, overwinteren in SpanjeNatuurlijk remt deze ook, met een  schijf en vierzuiger remklauw zelfs, maar wel op klassieke wijze en zeker ook niet bijgestaan door enig hulpmiddel. Als vanzelf vind je dus het pedaal van de achterrem voor de nodige ondersteuning en balans. Is dat erg? Welnee, integendeel. Het draagt bij aan het gevoel.

Nog zo eentje: natuurlijk hebben beide motoren een tweecilinder in het vooronder, waar je de Duc nog genadeloos op z’n donder geeft, ga je met de Kawa gewoon vanzelf anders om. Wanneer is de laatste keer dat je ‘double clutch’ hebt geschakeld? Als je überhaupt al met koppeling opschakelt, ook nog zoiets, met moderne motoren is het gebruikelijker om ze gewoon zonder op te schakelen en zo’n gewoonte sluipt er snel in. Niet op de W800 dus, daarmee rij je als een heer en dus behandel je ‘m als een heer. Gasgeven, koppelen, schakelen en door. En omdat het kan (niet omdat het per se moet, maar het voelt zo goed) maken we er een double clutch van. Zal de leeftijd wel zijn, denk je niet?Daar heb je tijd voor en het voelt goed. De Italiaanse V-twin is wat dat betreft maar een opgewonden standje. Kun je wel heerlijk mee wheeliën, maar dat is niet echt hetzelfde natuurlijk.

Onthaasten doe je veel beter op de Kawa. Letterlijk óp trouwens, de W is niet alleen technisch heerlijk zoals vroeger, maar ook fysiek. Kortom, het zadel is supervlak en sluit aan op de tank, waardoor je er echt óp zit, meer dan enig andere motor. Niks in, niks steuntje of houvast, gewoon als een fiets met een luxe tweepersoonszadel en een benzinetank, gewoon zoals vroeger eerlijke, echte motoren werden gebouwd. En het is heerlijk. Wat dat betreft is die Scrambler maar een eng nieuwerwetsig ding, een neppert, een branieschopper die nog uit z’n jeugdpuistjes moet groeien.  Natuurlijk doet ie alles beter, Hoewel, de wegen zijn hier echt fantastisch. maar dat is puur technisch bekeken. Veel levenswijsheid zit er nog niet in. Vergelijk het met eenopgeschoten puber en z’n vader: de jongeling kan in elk opzicht sterker, sneller en scherper zijn, de ouwe brengt nog steeds het geld naar huis. Die kent de valkuilen en weet er omheen te sturen,die is al jarenlang getrouwd met dezelfde lieve vrouw terwijl ’t opgeschoten joch (met dezelfde gelaatstrekken als z’n vader, dat wel natuurlijk) wekelijks met een ander meisje scharrelt. Dat droogt wel op. Is ook helemaal niet erg, maar het gaat om het verschil. Andere levensfase, simpel.

Is het dan zo erg dat de Duc Duct en de Kawa Kawasaki’t? Welnee! We zijn allemaal vriendjes hier en we rijden ook allemaal even graag in onze vrije tijd met de motor. Dat laatste is wel belangrijk, want dit zijn geen van beide machines waar je echt graag woon-werk mee zou willen rijden. Omdat het zonde is, want natuurlijk kunnen ze het wel. Maar net zoals de Scrambler voor Ducatibegrippen het ultieme onthaasten is, kan de W800 dat ook, maar dan nog net een tandje rustiger. Het genieten is er niet minder op, juist als je wat bewuster leert motorrijden zoals je op deze twee zou moeten doen, wordt het genot er alleen maar groter op. Werken onderweg, luisteren, snuiven, voelen, dát is motorrijden en daar zijn deze twee nou eens echt donders goed in.  En doorrijden kan ook nog wel. Vergis je niet dat de W800 ook gewoon een vijfversnellingsbak aan boord heeft, waar je dus ook mee naar  best acceptabele snelheden kunt komen. snel genoeg om geld te kosten in elk geval. En de Servessa smaakt ook niet verkeerdEn daarbij blijft het geheel allemaal netjes in lijn, want ook de vering is berekend op de brute kracht die de staande twin tentoonspreidt. Natuurlijk lukt dat. Je moest eens weten wat je allemaal kunt met zo’n ding. Zouden wij stiekem ook wel willen weten, naar het schijnt kan het inderdaad nog veel gekker. Wil je een scrambler, dan zijn daar zo kitjes voor te koop en heb je een scrambler. Beetje door de modder rossen, tuurlijk joh. Leuk zelfs! Beetje open uitlaat en gaan. Het is allemaal zo lekker simpel, zo lekker basic.

En de Duc? Want begrijp me niet verkeerd, daar is niks op aan te merken. Wat de W800 kan, kan de Duc ook en waarschijnlijk beter. Hebben we al gezegd. Maar toch heeft de Kawa wel iets zo volledig ánders, zo’n gevoel van ‘daar mag je trots op zijn als jij dat haalt later’, zo degelijk, zo… oer, daar wordt zelfs een hippe kip als de Scrambler jaloers op.  Schreeuwen hoeft een keertje niet, nu gaat het juist om klasse. Rust en ontspanning, daar gaat het om. En dat kan de Duc ook wel, maar juist omdat ‘ie zoveel meer kan, valt dat juist niet op. Hij laat zich van z’n beste kant zien, zeker in het gezelschap van deze éminence, maar je weet gewoon dat als het paar aan het eind van de dag weer naar het honk is teruggekeerd, dat de Scrambler nog even naar buiten gaat voor een potje voetbal met de buurtkids terwijl de W800 lekker onderuit gaat zitten, voetjes omhoog doet en een goed glas bier pakt.

Epiloog

 

En zo geeft de dalende zon aan dat de dag alweer bijna ten einde is. Wat straks nog rest is een hap eten, een goed glas eerlijke whiskey en wat aandacht voor de wederhelft. Maar voor het zo ver is, doet onze held nog één keer zijn ronde. Niet eens omdat het nodig is, iedereen hier kent de routine en weet dat morgen weer een dag begint. De veestapel hoef je al duizenden jaren niks te vertellen, schemer staat gelijk aan einde dag. Nee, die laatste ronde is puur voor hemzelf. Weliswaar omdat zien dat ’t goed is veel voldoening geeft, maar ook voor het eindeloze uitzicht. Over de bergen, over de landerijen, over de bebouwing en al het leven daarbinnen, over zijn zegeningen en niet in de laatste plaats over de lucht in al z’n kleurschakeringen. Daar bevindt zich de ware schoonheid. En of het nou de laagstaande zon in het opgeworpen stof achter zich is op de heenweg of de dalende temperatuur bij de allerlaatste stralen die over de kam scheren op de weg terug, dit is het favoriete moment. De man, zijn machine en de natuur. Veel beter kan het niet worden.

Ducati Scrambler

Het verhaal van de Scrambler is inmiddels bekend: als totaal nieuwe incarnatie van een oud idee was het Ducati niet te doen om een exacte kopie, maar meer een moderne interpretatie van de klassieker uit de sixties. Destijds nog aangedreven door een eenvoudige ééncilinder, heden ten dage treffen we een moderne twin.
Blijft een lekker speels ding dat je niet snel zal vervelen

Zo basic als maar kan, want dat biedt ruimte voor een uitgebreide accessoire-catalogus

Enkel schijfje, meer heb je niet nodig. 
Logisch ook, het is precies hetzelfde blok als we ook in de kleinste Monster terugvinden. Ducati doet al tijden niks meer met ééncilinders, de laatste was de illustere Supermono die nooit verder dan het race-stadium is gekomen. En dat was nog met een liggende cilinder ook, de oude luchtgekoelde singles hadden een staande cilinder. Het zou kunnen en puristen zouden het ook graag verwelkomen, maar dat was niet de insteek. De nieuwe Scrambler zou een moderne kijk zijn op wat de oude zou kúnnen zijn geworden als het model gewoon al die jaren in het programma zou zijn gebleven. En bovendien: het is het gevoel waar het om gaat. Gaan we terug naar enkele jaren terug, ver vóór de nieuwe Scrambler. Italië, Misano, de World Ducati Week. Alles wat Ducati is verzamelt zich en dus is er ook een plekje voor liefhebbers van de Scrambler. Wie anders dan Superbikecoureur Ben Bostrom leent zich zo goed om tot erelid te worden verheven? En dientengevolge de bonte stoet Scramblers, op z’n slippers, te leiden in een rondje over het paddock. Dát gevoel, dat sixties, dat relaxte, dat alles kan zonder inspanning, die alle dagen vakantievibe, dat is de Scrambler en dat heeft Ducati opnieuw weten te vinden.

En met uitzonderlijk succes, als je ziet dat de Scrambler in z’n eentje –of nee, met z’n allen- verantwoordelijk is voor een ware verkoopexplosie de afgelopen jaren. Een lijn die bovendien jaar na jaar doorgezet wordt door toevoeging van steeds meer modellen. Probeer je maar eens te gedragen, 't ding wil alleen maar ondeugend zijnAnno 2017 zijn het er inmiddels twaalf. Voor elke maand één.

Het is dan ook onmiskenbaar, de perfect getunede combinatie tussen modern en klassiek, die het ‘m doet. Natuurlijk zit er een radiale Brembo op, het is immers toch een Ducati. Maar tegelijkertijd is het dashboard teruggebracht naar één teller. ABS is verplicht, maar dat is ook alles. De motor is zo basic als Ducati ‘m heeft durven maken. Twee wielen, een stuur, een zadel voor twee personen, een tank, een blok, that’s it. Niet alleen onmiskenbaar een naked bike, maar ook een heel erg relaxed ding. Maar stiekem rijdt ’t wel gewoon zoals je zou mogen verwachten, zit er meer dan voldoende vermogen (wat boeit nou hoeveel het precies is)  en is de motor wendbaar als een mug. Licht, breed stuur, klaar. De Scrambler is wel de beste kruising tussen oud en nieuw, waarbij de weegschaal stiekem toch net ietsje meer naar nieuw helt.

speelkwartier is begonnen, kek design, rijdt zoals 't oogt - lekker vlot dus

We kunnen haast niks verzinnen, buiten de initiële gasopname dan

Kawasaki W800

Voor de W800 bewandelde Kawasaki een heel ander pad. Een nobel pad, want na jaren van afwezigheid besloot het merk destijds, zo’n zeventien jaar geleden, een oude bekende weer tot leven te wekken. En wát voor een: een ode aan Kawasaki’s allereerste motorfiets ooit.
Oervader van de retro-klaasiekers, de W. Nostalgie ten voeten uit

En bovendien een échte koningsasser, waar vindt je dat nog? Lijkt traag, maar stiekem ga je harder dan je denkt

Onthaasten voor gevorderden
De W650 zag het levenslicht onder de naam Meguro, een merk dat eind jaren 50 werd overgenomen door het sterk groeiende Kawasaki. In de tijd dat de Britse motorindustrie nog welig tierde en blaakte van gezondheid was het niet vreemd dat de Meguro sterk was gebaseerd op de Britse twins, om niet te zeggen schaamteloos gekopieerd. Compleet met dezelfde cilinderinhoud, ontstekingsinterval, klepopstelling en zelfs koningsas werd de kawa destijds een succes en mag gezien worden als de grondlegger van alles wat Kawasaki motoren sindsdien hebben bereikt. In ’99 vond de directie het dus passend het model opnieuw uit te brengen, als eerbetoon aan vijftig jaar Kawasaki tweewielers. Dat werd de W650, die in 2007 werd vervangen door de modernere W800: vooral de injectie moest het verschil maken. Samen met de iets grotere cilinderinhoud kon de W nu weer aan de emissie eisen voldoen en konden we nog langer genieten van Klassiek Kawa. Klassiek, niet retro, want de W stond zo dicht tegen het origineel als mogelijk. Geen vernieuwde styling, geen hippe interpretatie en ook geen modern motorblok. Slechts het oude zo goed als ’t nooit geweest was. Aan uitstraling dus zeker geen gebrek en de verkoopcijfers geven ook aan dat er een flinke mate van gelijk in de redenering zit: de Als een gentleman...W is mateloos populair en wat ook meetelt: een graag geziene gast in de customscene. Dus leuk voor die nieuwerwetse retrolovers, maar een ouwetje met wat accessoires en een beetje liefde kan er net zo stijlvol bij staan. En is bovendien nog net effe wat echter.

Net als de oer-Meguro zien we een staande twin met luchtkoeling, inclusief fier draaiende koningsas. Kom daar maar eens mee met een modern blok, je wordt meteen uitgelachen. Rijden met een W800 is het echte werk: je voelt elk onderdeel bewegen, de samenloop van timing, actie en reactie. Natuurlijk loopt het perfect, het is naadloos op elkaar afgestemd. Een beetje benzine in de cilinder is genoeg voor een ontsteking, die de zuiger omlaag drukt en de krukas laat draaien. Voor de afwisseling dan hèZoveel details achter elkaar resluteren in een prachtig draaiend motorblok. Het gaat hard zat, maar toch voel je dat alles afzonderlijk werkt. Kom daar nog maar eens mee met een moderne fiets.

De W800 is niet zozeer een kruising, als wel gewoon een oude motor die toevallig nieuw gemaakt is. Met nieuwe materialen, voldoend aan nieuwe (anno 2016 nog net) eisen, waarbij de weegschaal duidelijk overhangt naar oud. 

Echte gentleman, d'r zijn er nog maar een paar, onthaasten in het kwadraat 

D'r zijn er nog maar een paar

Technische gegevens

Merk/model Kawasaki W800 Ducati Scrambler
Motor    
Type   paralleltwin Tweecilinder 90° L-Twin
Koelsysteem   luchtkoeling Luchtkoeling
Cilinderinhoud   773 cc 803 cc
Boring x slag   77 x 83 mm 88 x 66 mm
Compr. verh.   8,4:1 11:1
Klepaandrijving   SOHC, vier kleppen per cilinder DOHC 2 kleppen per cilinder
Ontsteking   Digitaal Digitaal
Starter   Elektrisch Elektrisch
Benzinetoevoer   Injectie, 2x 34 mm gasklephuizen met hulpgaskleppen Siemens Injectie, 45 mm gasklephuizen
Smering   wet sump Wet sump
Vermogen   48 pk @ 6.500 tpm 75 pk @ 8.250 tpm
Koppel   60 Nm @ 2.500 tpm 68 Nm @ 6.250 tpm
Transmissie  
Aantal versnellingen   5 6
Eindoverbrenging ketting Ketting
Koppeling   nat, meervoudige plaat, kabelbediend  Nat, meervoudig platen, hydraulisch bediend
Chassis  
Frame   Dubbel stalen wiegframe Trellis frame
Wielbasis   1.465 mm 1.445 mm
Balhoofdhoek   27º  24°
Naloop   108 mm 112 mm
Vering voor   30 mm telescoop, niet instelbaar KYB 41 mm upside down, niet instelbaar
Vering achter   stereo-schokdempers, veervoorspanning in 5 standen instelbaar Kayaba monoshock, veervoorspanning instelbaar
Veerweg voor   130 mm 150 mm
Veerweg achter   105 mm 150 mm
Voorrem   Enkele schijf 300 mm, tweezuiger remklauw Dubbele schijf 330 mm, Brembo 4-zuiger radiale remklauw, ABS
Achterrem   160 mm trommelrem Enkele schijf 245 mm, Brembo 1-zuiger remklauw, ABS
Voorband   100/90 19" 110/80 ZR 18"
Achterband   130/80 18" 180/55 ZR 17"
Afmetingen  
Lengte   2.180 mm 2.100 mm
Breedte   790 mm 845 mm
Hoogte   1.075 mm 1.150 mm
Zadelhoogte   790 mm 790 mm (770 mm zadel optioneel)
Gewicht   216 kilo rijklaar 186 kg rijklaar
Tankinhoud   14 liter 13,5 liter
Reserve   n.b. n.b.
Gegevens  
Rijbewijsklasse A2 A2 na aanpassing
Garantie   2 jaar  2 jaar 
Adviesprijs NL   € 9.798,00 € 9.290,00
Adviesprijs BE   € 8.799,00 € 8.490,00
Importeur NL   Kawasaki Benelux  Ducati Benelux
www.kawasaki.nl www.ducati.nl