Introductie Triumph Daytona 675 (R)
Perfect, perfect, perfect
Inhoudsopgave |
---|
Introductie Triumph Daytona 675 (R) |
Alles nieuw |
Och, details details |
Engelse Wals |
Boing |
Hó maar |
Conclusie |
Technische Gegevens |
We schrijven maart 2012, Portimão, Portugal. Bij de introductie van de nieuwe Bridgestone S20 zijn zoals gebruikelijk de meeste actuele motoren aanwezig en kunnen afwisselend bereden worden, teneinde te concluderen hoe goed de band presteert, ongeacht vermogen, gewicht en niveau van motor en rijder. Tevens aanwezig zijn BMW’s tweede generatie S1000RR en Triumphs Daytona R. En waar de BMW overal bruut, wild en woest tekeer gaat (mede dankzij een heftig protesterend veiligheidssysteem van de voor dit werk te lichte Racestand) en dus veel meer aanvoelt als een partij worstelen is het de Triumph die uitblinkt in stuureigenschappen, stabiliteit, laag gewicht en bruikbare ranke afmetingen. Dan vergeet ik nog wel een paar zaken, maar het idee is duidelijk. De Daytona is liever, lichter, wendbaarder en dus bruikbaarder. Zou me weinig verbazen als ik er daardoor ook sneller mee was. Een supersport die het dus wint van de op dat moment geldende koning der superbikes (het is op dat moment nog net te vroeg voor de Panigale), dat is goed. Dat is verrekte goed. Een conclusie die we op de redactie al eens eerder getrokken hadden op Spa; ‘als je een kant en klare circuitfiets zoekt, koop een Daytona R en gooi er benzine in. Meer niet’ was toen de conclusie. Zelfs de vering hoefden we niet aan te zitten. En dat was nog maar de oude.
Tekst: Vincent Burger
Beeld: Alessio Barbanti, Matteo Cavadini