Jorge Martins manager gooit olie op vuur Aprilia-Martin saga

Na afloop van de Franse Grand Prix staken de eerste geruchten de kop op dat Jorge Martin zijn contract met Aprilia voor 2026 wilde verbreken. Martin zou low profile naar Le Mans zijn afgereisd om dat het team mede te delen. Niet veel later bevestigde Martin dat gerucht op zijn eigen sociale media. 

Martin zei zich te beroepen op een clausule in het contract, waarin was opgenomen dat hij het contract voor 2026 zou kunnen verbreken als hij na zes ronden (Le Mans was de 6e Grand Prix van het seizoen) niet in gevecht om de wereldtitel zou zijn. Uit coulance zou Martin hebben gezegd deze clausule te willen verlengen tot 6 races na zijn comeback. 

Aprilia op haar beurt weerlegde het verhaal van Martin en zei dat de wereldkampioen gewoon onder contract stond, en waarschuwde Honda geen gesprekken te gaan voeren met een rijder die onder contract staat. Honda was (en is) op dat moment de enige fabrikant met nog een vacant zitje in het fabrieksteam. 

Na afloop van de Britse Grand Prix, die door Marco Bezzecchi werd gewonnen, herhaalde Aprilia het standpunt nog eens, en zei daarbij nog eens dat de RS-GP25 wel degelijk een winnende machine is. Het standpunt van Martin was dat de machine niet competitief was en dat hij daarom in zijn recht stond het contract te ontbreken.

Daarna was het een tijdje stil omtrent het geschil tussen Martin en Aprilia. Tot afgelopen weekend Martins manager Albert Valera voor de microfoons van Dorna weer de pin uit een volgende granaat trok. 

"Wel, wat we kunnen zeggen is dat Jorge geen contract heeft voor volgend jaar, voor '26", zei Valera. "Het is voor ons vrij duidelijk. Hij heeft de clausule in zijn contract uitgevoerd en wij volgen gewoon het contract.

"Ja. Hij is volledig vrij en beschikbaar en we zullen zien wat er in de toekomst gaat gebeuren. Maar nogmaals, hij had een clausule in zijn contract, hij had het recht om die clausule uit te voeren en dat heeft hij gedaan. Nu hij zich op die clausule heeft beroepen kunnen we met andere fabrikanten het gesprek aangaan. Honda is een optie voor volgend jaar."

Uiteraard werd Aprilia Racing CEO Massimo Rivola op zondagochtend door journalisten naar de kwestie gevraagd. Tegenover de journalisten zei Rivola dat de situatie wat hen betreft niet is veranderd ten opzichte van het vorige statement, dat het helder is dat Martin niet vrij is om voor het 2026 seizoen met een andere fabrikant in zee te gaan. 

Rivola werd de vraag voorgelegd dat het in een huwelijk soms beter is om uit elkaar te gaan, waarop de Aprilia Racing CEO zei dat de situatie in zijn ogen helder is en dat er twee opties zijn. "Ofwel gaan we om de tafel zitten om het conflict op te lossen", zei Rivola, "ofwel gaan we naar de rechtbank." Rivola zei daar echter vrij ontspannen over te zijn. 

Honda HRC teammanager Alberto Puig had op zijn beurt daarvoor al het standpunt van Honda opnieuw bevestigd, dat Honda Martin niet voor Honda's campagne voor 2026 zal tekenen zolang het niet zeker is dat de Spanjaard zijn overeenkomst met Aprilia heeft kunnen ontbinden.

De situatie is inmiddels ook Dorna een doorn in het oog, dat negatieve publiciteit kan missen als kiespijn. Dorna CEO Carmelo Ezpelata heeft nu publiekelijk Aprilia gesteund, en waarschuwt dat het kampioenschap het niet toe zal staan dat Martin voor een ander team zal gaan rijden tot er een legale oplossing is gevonden. 

"Als twee partijen de intentie hebben en het contract willen ontbinden, dan is het mogelijk", zie Ezpeleta tegenover Sky Sport Italia. "Als een partij zegt dat het nog geldig is, moet de rechter die in het contract is opgenomen beslissen wie er gelijk heeft."

"Wij als Dorna zullen de inschrijving voor het kampioenschap niet accepteren van iemand die deze condities niet accepteert. Ofwel is er een overeenkomst tussen de partijen en het contract eindigt, ofwel zal een rechter moeten beslissen."