Introductie: Suzuki GSX-R1000 K9
Introductie: Suzuki GSX-R1000 K9
| Inhoudsopgave |
|---|
| Introductie: Suzuki GSX-R1000 K9 |
| 2: Megamorfose |
| 3: We goan rieje |
| 4: Big Piston Fork |
| 5: Conclusie |
| 6: Technische gegevens |
‘Things aren’t always what they seem,’ een prachtig oud spreekwoord wat het eerst in mijn hoofd schiet nadat Suzuki de 2009 versie van de GSX-R1000 op het Spaanse Almeria heeft gepresenteerd. Hoewel ogenschijnlijk alleen maar voorzien van leuke nieuwe kleren
heeft Suzuki de vijfde generatie GSX-R1000 onderhuids stevig onderhanden genomen. Zó stevig dat je het haast geen metamorfose meer kunt noemen, maar een reïncarnatie. ‘The King is dead, long live the king.’
Het is alweer acht jaar geleden dat Suzuki de GSX-R1000 op de markt zette als vervanging van de GSX-R1100. Een motor die insloeg als een bom, beschikte over een onvoorstelbaar krachtig motorblok maar werd gekenmerkt door zijn ‘old-school’ rijeigenschappen. Vier jaar later gooide Suzuki het roer radicaal om en lanceerde de K5, een GSX-R die niet alleen een totaal ander uiterlijk, maar eveneens totaal andere –flitsendere – rijeigenschappen had gekregen.
Toch, zo radicaal – én succesvol, per slot van rekening was de K5 het enige model waarmee Suzuki de prestigieuze World Superbike titel in de wacht wist te slepen – als die 2005 editie van de GSX-R was, hij valt in het niet bij wat men in Japan met deze 2009 versie heeft gedaan.
Tekst: Chris Vahl
Foto’s: Target Press