GPS uitgelegd
GPS uitgelegd
| Inhoudsopgave |
|---|
| GPS uitgelegd |
| Pagina 2 |
| Pagina 3 |
| Pagina 4 |
| Pagina 5 |
Geschiedenis
Zoals veel uitvindingen is GPS ontstaan uit een militaire toepassing. Het Amerikaanse leger wilde een systeem waardoor haar troepen precies wisten waar zij, maar ook de vijand, zich bevonden. Door het ruimtevaartprogramma dat in de jaren zestig volop draaide, kwam men op het idee om dit te realiseren met behulp van satellieten. Amerika begon in 1973 met het lanceren van de eerste satellieten en in 1978 was het systeem operationeel. In 1994 werd de dekking van 24 satellieten bereikt. In 1983 vond er een vliegtuigongeluk plaats waardoor Korea en Amerika een internationaal conflict kregen. Het ongeluk was een gevolg van de vraag waar het vliegtuig zich nu precies bevond. De toenmalige president van Amerika, Reagan, besloot daarop dat GPS ook gratis voor commerciële doeleinden gebruikt moest kunnen worden. Maar wel met een mindere nauwkeurigheid dan de militaire toepassing. Pas in de golfoorlog is het GPS echt wereldwijd bekend geworden. Mede door de vele tegenwoordige toepassingen en het belang voor de economie, heeft Amerika in 2000 de onnauwkeurigheid van het niet militaire signaal uitgezet en is GPS ook voor de commercie nauwkeuriger.
Werking
GPS is dus positiebepaling aan de hand van satellieten. Simpel gezegd wordt de positie bepaald aan de hand van een driehoeksmeting. Uit bekende punten kan de positie van een onbekend punt berekend worden. Door het gebruik van satellieten is er sprake van een driedimensionaal vlak. Bij GPS zijn de satellieten de bekende punten en is de GPS-ontvanger (bijv. op de motor) het onbekende punt. Om tot een juiste positiebepaling te komen in een 3d-vlak, zijn er minimaal 3 (liefst 4) bekende punten nodig. Om een wereldwijde dekking te hebben met minimaal 4 satellieten 'in zicht ' op elk tijdstip, zijn er 24 satellieten in de ruimte gebracht, in 6 verschillende vaste banen. Daarnaast zweven er nog 4 reservesatellieten rond de aarde.
Tekst: Edwin Loos