Zoeken

Test: SWM Gran Milano

Extra beetje romantiek

14 oktober 2016

Zoveel geluk heb je bij normaal gebruik echter net niet. Rij je ‘m onder ideale omstandigheden, dan is het enige bezwaar dat je kunt maken dat het stiekem geen oude motor zou zijn. Rij je onder dagelijkse omstandigheden dan mis je dat extra beetje romantiek en gaan je dingen opvallen. Zoals bijvoorbeeld, helaas, de versnellingsbak. Doet het prima, alle vijf versnellingen zijn aanwezig en werken individueel perfect, het is de samenwerking die niet altijd even vlekkeloos gaat.

 
Goedkoop hoeft nog niet te betekenen dat er 'el cheapo' spullen op zitten. Volledig instelbare shocks, wavedisks en radiale Brembo klauw. Da's goeie poeier, toch?

Echt iets voor Italianen, 't er wel als een carburateur uit laten zien. Uitneembare dB-killer, zolang het nog mag

Hadden we al gezegd dat er best serieuze shit op zit? Wel jammer dat de laars de uitlaatbocht zo snel vervuilt, roostertje was slim geweest
Bewust en rustig schakelen is het devies, anders loop je het risico geen effect te boeken. Geef je de bak de tijd, dan is het verder aan jou. Zoals gezegd is er wel een sweet spot in de vermogensafgifte en daar kun je heerlijk mee spelen. Echt idioot laag in toeren neemt ‘ie je niet in dank af, maar de motor protesteert dan luid genoeg om je dat kenbaar te maken.  En bovenin roomt ’t gewoon netjes af, een rood gebied is niet eens echt nodig. Schakelen (oke, met beleid) en gasgeven, meer is het niet.

Of nou ja… sturen en remmen natuurlijk nog. Doet ‘ie ook! Misschien ligt daar zelfs nog het sterke punt, want dat is gewoon klachtvrij. De Gran Milano is een olijke mix van oude styling en moderne details en een paar van die details luisteren naar de namen Fast Ace, Brembo, Braking en Golden Tyre. En daar wordt de motor gewoon beter van. Nou zijn het niet de meest klinkende namen, maar voor vergelijkbaars van öhlins en Pirelli moet nou eenmaal nog dieper in de buidel getast worden en dat prijst ’t ding al snel de markt uit. Dat gezegd hebbende zien we dus wel volledig instelbare stereovering en upside down, radiale top of the bill nog-net-geen monobloc knijper en het hipste rubber aan deze kant van de Maas. Wie bij de bandenfabriek het idee bedacht mag hebben ze een regenband-raceprofiel te geven: proost. Wat staat dát gaaf. Zal niet het eeuwige leven hebben echter met zo’n patroon en we zien aan het eind van onze test dat de achterband in elk geval al z’n beste tijd gehad heeft. Maar het rijdt gewoon helemaal prima en sluit naadloos aan op het karakter van de Gran Milano.

Die vering staat wel zo gaaf, maar we hebben niet eens een seconde behoefte gehad er aan te gaan zitten schroeven. Dat kan twee dingen betekenen: of het is gewoon al prima, of je rijdt gewoon niet zo scherp op de snede met dit ding. Allebei kan ook. Hoe dan ook, speelruimte is altijd oké, olé olé. De ene radiale klauw in’t vooronder is ook meer dan plenty, desgewenst zet je de achterste ook nog aan het werk. Behandel 'm zoals je zelf behandeld wilt wordenEn oh ja: nog geen spoor van ABS te bekennen op ’t ding, dus dat is ongegeneerd strepen trekken als je dat zou willen. Wordt uiteraard snel anders, omdat het nou eenmaal van wetswege niet anders meer mag. En we staan al op de drempel van het nieuwe jaar, dus we maken ons hier gewoon niet te druk om. Waar we wel een klein probleempje mee hebben is de injectie, die van tijd tot tijd lijkt te haperen. En gedurende te test wordt 't ook erger, iets wat je al helemaal niet zou willen. Eenmaal terug bij de importeur weet men van het euvel en heeft het zelf ook al eens meegemaakt (we zijn dus niet gek, godzijdank), maar er wordt ingedoken en men belooft beterschap. Zodra we hier meer van weten zullen we dat melden.

Wat we ook niet onbesproken kunnen laten is de ergonomie, want daar is iets mee. Niet in negatieve zin overigens, want het was diezelfde ergonomie waar het mee begon. Dat ‘kweeniewathetis’, dat magische gevoel… na rijp beraad en lang puzzelen hebben we het idee dat als je de clipons nog een paar graden zou draaien, je misschien nog natuurlijker zou kunnen zitten. En met de stuuruitslag die je hebt moet dat ook kunnen zonder een set extra karakterdeuken in de tank nodig te hebben. Is een idee, we hebben het niet geprobeerd, we moesten de motor nog teruggeven. Ik krijg ook altijd op m'n flikker, dus...Maar was ’t de onze geweest, dan hadden we het zeker wel geprobeerd. Voor de rest is de zitpositie nagenoeg klachtenvrij. De achterkant van de tank is wat aan de brede kant en de randen redelijk aan de scherpe kant waardoor je de tank in je bovenbenen goed voelt, maar dat is geen reuzebezwaar. Maar wel de reden dat we de motor met  het gemonteerde duozadel meekregen. “Kun je nog wat verzitten als je dat zou willen”, is de redenatie. Geen slechte keus, maar dat solozitje is wel errrrrg mooi… daar willen we volgende keer graag wat pijntjes voor lijden. Het idee van de keus spreekt ons echter wel aan: in plaats van een lullig afneembaar afdekkapje is de hele achterhand gemoeid in dit verhaal: complete zadelunit, maar ook voetsteunen en duo-handbeugel en zelfs het achterlicht, wat in het solozitje netjes zit verwerkt. Tof! Was ’t mijn motor geweest, dan had ik nooit tegen de vrouw gezegd dat het ook met z’n tweeën kan. Of dat er db-killers in kunnen, als we toch bezig zijn.