Zoeken

Superbikes: het oordeel van..

Pagina 5

1 maart 2008
Inhoudsopgave
Superbikes: het oordeel van..
Pagina 2
Pagina 3
Pagina 4
Pagina 5
Pagina 6

Vincent Burger

Straat:
1. Honda Fireblade / Ducati 1098 S
3. Suzuki GSX-R 1000
4. Kawasaki ZX-10R
5. Yamaha YZF-R1

Erg moeilijk allemaal en uiteindelijk lopen meerdere factoren door elkaar. Enerzijds wil je –en dat zal nog wel een keer terugkomen – de Superbike der Superbikes, anderzijds wil je er nog wel iets aan hebben. Vandaar dat Yamaha’s R1 uiteindelijk tóch voorijgestreefd wordt; het is gewoon een lastige machine om echt vriendjes mee te worden, en met A) zoveel vermogen in je rechterhand en B) zoveel centen geïnvesteerd verwacht ik me wel wat meer op mijn gemak te voelen, óók in minder ideale condities.
Zelfde geldt pijnlijk genoeg ook voor de Kawasaki; het totaalplaatje klopt toch net niet genoeg – of liever, net niet zoveel als de andere drie – om echt altijd en overal blind mee overweg te kunnen. En dat kan vooral de Suzuki met verve. Windbescherming is super;  vermogen idem. Zou ik de heen- en terugreis naar Albacete per motor moeten overbruggen dan zou ik blind nog wel voor de GSX-R gaan. Maar de Suzuki is mij, mede daarom, net wat té comfortabel om echt het predikaat ‘superbike’ te verdienen.  Tenminste, niet vergeleken bij de resterende twee kleine negertjes.
Dat de Ducati zo hoog op de lijst komt heeft te maken met twee factoren: de pure sex die ze uitstraalt en het  in het geheel niet tegenvallende comfort. Ja comfort; na een R1 is alles comfortabel, maar ook zonder af te geven op anderen is de Ducati gewoon buitengewoon doordacht geconstrueerd. Wat ik al zei: het is gewoon één geheel. Dat de zit ultrasportief is kun je makkelijk mee leven omdat het gewoon klopt: kont, voeten en handen passen bij elkaar en veroorzaken een instant grijns. En dan hebben we het nog niet over de gebruikte materialen. Alles wat op de Ducati zit heeft een functie en is van ongeëvenaarde kwaliteit. Niet voor niets is het rollend chassis van de ‘R’ versie nagenoeg identiek aan dat van deze uitvoering; wat niet kapot is, hoef je niet te maken.
Laat je echter ratio ook meetellen dan kan er  maar één de overtreffende trap zijn en dat is dit jaar toch weer de Honda; qua prestaties is de Blade iedereen de baas; voornamelijk te danken aan de vrachtladingen aan koppel maar ook in het rijwielgedeelte  niets op aan te merken; eventuele beperkingen laten zich pas op het circuit gelden. De Honda pak je net zo makkelijk om patat mee te halen als in een dagje op en neer naar en over de Nordschleife te knallen. Had makkelijk alleen op de eerste plaats kunen staan, als… als ie tenminste een beetje spetterend uiterlijk had gehad. Het oog wil ook wat, en bij een Superbike denk je aan scherpe lijnen en een knallende kleurstelling; kennelijk worden bordeauxrode Deauvilles niet genoeg verkocht en zit er in Japan iemand met een overschot aan verf… Gelukkig is de Blade ook in knalrood en sexy wit verkrijgbaar, en het is een kwestie van tijd voor meer variaties in de vorm van replica’s. Dan gaan we nog eens praten!

Circuit:
1. Ducati 1098 S
2. Kawasaki ZX-10 R
3. Yamaha YZF R1
4. Suzuki GSX-R 1000
5. Honda Fireblade

De Fireblade op vijf?? Hoe is dat mogelijk! Sta me toe dit toe te lichten. Ten eerste zijn de verschillen onderling zó klein dat moesten we het hele avontuur nú herhalen, deze lijst weer totaal anders zou worden. Ten tweede moet er rekening gehouden worden met het feit dat de motoren zoals wij ze meekregen niet allemaal gelijk waren afgesteld. Doe je dit wel ,dan zijn de verschillen hoogstwaarschijnlijk nóg kleiner. De motor die het meest te lijden had onder de omstandigheden was toch de Blade, die niet alleen uiteindelijk een andere set banden toebedeeld kreeg, maar waar ook veringsgewijs het meeste aan gerommeld werd, en nóg was het niet je dat. Alle midrange ten spijt; dan is er nog verbetering mogelijk. Voor een deel geldt hetzelfde voor de Suzuki, maar dan net andersom: het exemplaar waar wij mee reden was echt súpergoed afgesteld; zo krijg je ze zelden. En dat bewijst maar weer hoeveel invloed een juiste afstelling kan hebben; kijk simpelweg bij de scores van de rest van het team en je weet waarom. De eerlijkheid verplicht mij echter zo goed mogelijk door deze rose bril heen te prikken en dan blijf je toch zitten met een motor die verreweg het zwaarst en grootst is. Tijd voor een kuur, in 2009 staat er weer een flitsende, racy  GSX-R!
De R1 staat verrassend genoeg dus bóven de Suzuki, en wel precies om de reden die ik net noemde: in tegenstelling tot de GSX-R wordt de Yamaha daarbij alleen maar beter naarmate je ‘m harder op zijn flikker geeft. Precies wat je wil van een Superbike. En het uiterlijk hoeven we niet eens over te beginnen; van de japanners moeiteloos de meest sexy deelnemer. De Kawasaki doet precies hetzelfde: beter presteren naarmate je harder knalt. En dat nog net een streepje meer dan de Yamaha. Mag ook wel; Kawasaki heeft tijd genoeg gehad om te leren hoe ’t moet, en met succes. Zelfs de op straat nog licht dubieuze positionereing komt op het circuit des te beter uit de verf; deze motor rijd je niet, je gebruikt ‘m. En ja; dan dat sexy tellertje he…
Onbetiste kampioen kan er echter maar één zijn. Dit is waar de Duc voor gemaakt is en dat merk je. Wat net zo belangrijk is: pak een klapstoel, neem tien stappen afstand en ga zitten kijken; dit is hoe een super- motorfiets er uit hoort te zien. En zelfs al zouden rondetijden een totaal ander idee geven (dat doen ze niet): je voelt je in ieder geval in staat alles en iedereen aan vla te rijden als je eenmaal op de Duc je ronde doet. Kop omlaag, kont omhoog, verse teensliders in de aanslag en annihilate!