Test: Aprilia Pegaso Factory

Conclusie

Aprilia heeft met de Factory de Pegaso tot iets speciaals, iets heel unieks gemaakt. Door de ontzettend mooie kleuren en het hele design oogt de motor agressief, pittig. En dat oogt hij niet alleen, zo voelt hij ook. Aprilia maakt voor de Pegaso weliswaar gebruik van het Yamaha blok dat ook in onder andere in de XT660 terug is te vinden, maar op de Pegaso voelt en gedraagt het blok zich anders. Er zit veel pit in en hij is daarnaast erg soepel van karakter zonder dat het verbruik gelijk pittig is te noemen… integendeel zelfs. Met gemak wisten we sportief rijdend 1:17 en 1:20 (of zuiniger) in toerstand te scoren.

Deze fiets is prima geschikt om er lekker agressief mee door bijvoorbeeld de Eifel te knallen, maar je kunt er ook prima mee over landweggetjes toeren. Snelwegen zijn minder plezierig voor de Pegaso, hij kan de gang er (ondanks dat we een topsnelheid van 180 km/u wisten te scoren) moeilijk inhouden en doordat de motor geen windbescherming heeft, kan dat ook nog wel eens een zware rit worden.

De Pegaso is een echte allround motorfiets. Niet alleen qua sportief versus toer, maar ook voor nog iets anders: de motor is geschikt voor zowel man als vrouw. Doordat de motor zo licht is, is hij goed handelbaar en is er het voor de vrouw ook eenvoudig ‘m zowel vooruit of achteruit te manoeuvreren. Verder is het een echte kleine-bochten-vreter. Hoe korter de bocht, hoe beter de Factory zich in z’n element voelt. Lange snelle doordraaiers zijn wat lastiger, vooral als het wegdek slecht is en je met tempo 170 een aantal nakeds probeert bij te houden.

Met recht een échte Factory.

• Fun- en wapfactor
• Uitstraling
• Remmen



• Acceleratievermogen
• Geluid